zang

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zang
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘het zingen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord zang zangen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

zang m

  1. (muziek) de kunst van het zingen
  2. zangstuk
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Koerdisch

Zelfstandig naamwoord

zang m

  1. hol, grot
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.