zangvogel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zang·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zangvogel zangvogels
verkleinwoord zangvogeltje zangvogeltjes

Zelfstandig naamwoord

zangvogel m

  1. (dierkunde) vogel behorende tot de talrijke orde Passeriformes
    • Mussen, nachtegalen en raven zijn zangvogels. 

Gangbaarheid

  • Het woord zangvogel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.