zangvogel
Nederlands
Woordafbreking
- zang·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zang en vogel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zangvogel | zangvogels |
verkleinwoord | zangvogeltje | zangvogeltjes |
Zelfstandig naamwoord
zangvogel m
- (dierkunde) vogel behorende tot de talrijke orde Passeriformes
- Mussen, nachtegalen en raven zijn zangvogels.
Gangbaarheid
- Het woord zangvogel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zangvogel' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.