interview
Nederlands
Woordafbreking
- in·ter·view
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘vraaggesprek’ voor het eerst aangetroffen in 1886 [1]
- van Engels interview zn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | interview | interviews |
verkleinwoord | interviewtje | interviewtjes |
Zelfstandig naamwoord
interview o
- vraaggesprek met iemand over diens opvattingen en ervaringen
- Naast het reisschema ligt het tijdschrift met het grote interview dat ik heb gegeven voordat we op tournee gingen en waarin mijn hele carrière wordt samengevat en besproken, of ontleed. [3]
Hyponiemen
- diepte-interview, exitinterview, kranteninterview, marathoninterview, televisie-interview
Vertalingen
1. vraaggesprek met iemand over diens opvattingen en ervaringen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
interviewen |
interview
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van interviewen
- Ik interview.
- gebiedende wijs van interviewen
- Interview!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van interviewen
- Interview je?
Gangbaarheid
- Het woord interview staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'interview' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "interview" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- interview op website: Etymologiebank.nl
- Harstad, Johan Max, Mischa & Het Tet-offensief 2017 ISBN 9789057598494 pagina 16
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /ɪntɛrvjuː/
Woordafbreking
- in·ter·view
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | interview | interviewy |
genitief | interviewu | interviewů |
datief | interviewu | interviewům |
accusatief | interview | interviewy |
vocatief | interviewe | interviewy |
locatief | interviewu | interviewech |
instrumentalis | interviewem | interviewy |
Afgeleide begrippen
- interviewovat imperfectief / perfectief
Verbuiging
Verwante begrippen
- interviewování o
- interviewovaný
- interviewující
Verwijzingen
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český (1) (Tsjechisch)
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český (2) (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český (Tsjechisch)
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.