grootvader

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  grootvader    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣroːtˌfaːdər/
Woordafbreking
  • groot·va·der
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘vader van iemands vader of moeder’ voor het eerst aangetroffen in 1545 [1]
  • samenstelling van  groot   en  vader  
enkelvoud meervoud
naamwoord grootvader grootvaders
verkleinwoord grootvadertje grootvadertjes

Zelfstandig naamwoord

grootvader m

  1. (familie) de vader van een ouder
    • Na school ging de jongen altijd bij zijn grootvader langs. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • grootvaderlijk
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord grootvader staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.