dommerd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dommerd    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɔmərt/
Woordafbreking
  • dom·merd
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van dom met het achtervoegsel -erd
enkelvoud meervoud
naamwoord dommerd dommerds
verkleinwoord dommerdje dommerdjes

Zelfstandig naamwoord

dommerd m

  1. iemand die een beetje dom is (geweest)
    • 'Lieverd, laten we het alsjeblieft, alsjeblieft, alsjeblieft weer goedmaken. Dit... ik bedoel... o, wat ben ik toch een dommerd geweest. Ik was gewoon fout!' [1] 
    • Ook datingsites worden in toenemende mate misbruikt. „Als je naar de slachtoffers kijkt, die vaak eenzaam en alleen zijn, zit daar misschien wel de meeste pijn. Hebzucht speelt bij die mensen geen rol, en dan is het wel hard om te zeggen: Wat ben je een dommerd dat je erin trapt”, stelt Van Eck. [2] 
Synoniemen
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord dommerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Het Parool THEODOR HOLMAN 29 AUGUSTUS 2014 Zwijgen is eigenlijk al gelijk geven
  2. Reformatorisch Dagblad Rob Siebelink 20-05-2015 Internetoplichter steeds vindingrijker
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.