bustehouder
Nederlands
Woordafbreking
- bus·te·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘steun voor de boezem’ voor het eerst aangetroffen in 1902 [1]
- samenstelling van buste en houder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bustehouder | bustehouders |
verkleinwoord | bustehoudertje | bustehoudertjes |
Zelfstandig naamwoord
bustehouder m
- (kleding) een kledingstuk voor vrouwen, dat uit schouderriemen, twee cups en een centrale band bestaat, en dient om de borsten te ondersteunen
Vertalingen
1. kledingstuk voor vrouwen.
|
|
Gangbaarheid
- Het woord bustehouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bustehouder' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.