wandelwagen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wandelwagen (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈʋɑn.dəɫ.ˌʋa.χə(n)/, /-dɔɫ-/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈβ̞ɑn.dəɫ.β̞a.ɣə(n)/
Woordafbreking
- wan·del·wa·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wandel ww en wagen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wandelwagen | wandelwagens |
verkleinwoord | wandelwagentje | wandelwagentjes |
Zelfstandig naamwoord
wandelwagen m
- een wagen waarin jonge kinderen rondgereden kunnen worden
- Zij hebben een wandelwagen waar twee kinderen in kunnen zitten.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. een wagen waarin jonge kinderen rondgereden kunnen worden
Gangbaarheid
- Het woord wandelwagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wandelwagen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.