kinderwagen
Nederlands
Woordafbreking
- kin·der·wa·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kind en wagen met het invoegsel -er-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kinderwagen | kinderwagens |
verkleinwoord | kinderwagentje | kinderwagentjes |
Zelfstandig naamwoord
kinderwagen m
- een voertuig waarin zuigelingen of kleuters met de hand verreden kunnen worden
- Leg hem maar even in de kinderwagen, dan kunnen we een eindje wandelen.
Vertalingen
1. een voertuig waarin zuigelingen of kleuters met de hand verreden kunnen worden
Gangbaarheid
- Het woord kinderwagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kinderwagen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.