waarheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waar·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van waar met het achtervoegsel -heid.
enkelvoud meervoud
naamwoord waarheid waarheden
verkleinwoord waarheidje waarheidjes

Zelfstandig naamwoord

waarheid v

  1. dat wat waar is
  2. dat wat als waar wordt beschouwd door een persoon of groep
Antoniemen
Hyponiemen
  • geloofswaarheid, grondwaarheid, heilswaarheid, hoofdwaarheid, kernwaarheid
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • de waarheid ligt in het midden
de waarheid bevat onderdelen van twee met elkaar in tegenspraak zijnde stellingen
  • een waarheid als een koe..
iets dat onomstotelijk waar is
  • al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt hem wel
zelfs de best bedachte leugens zullen uiteindelijk worden weerlegd
  • het uur van de waarheid
het beslissende moment
Vertalingen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord waarheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.