keus

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  keus    (hulp, bestand)
  • IPA: /'kø:s/
Woordafbreking
  • keus
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘het kiezen’ voor het eerst aangetroffen in 1300 [1]
  • [2] [3]
enkelvoud meervoud
naamwoord keus keuzen
keuzes
verkleinwoord keusje keusjes

Zelfstandig naamwoord

keus v

  1. gelegenheid om of het een of het ander te nemen
  2. uitsteeksel, pen, pin
Synoniemen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

keus mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord keu

Gangbaarheid

  • Het woord keus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.