dirigent
![]() |
![](../I/m/US_Navy_060529-N-2383B-123_The_U.S._Navy_band_performs_during_Memorial_Day_ceremonies_held_in_the_amphitheater_of_Arlington_National_Cemetery.jpg)
Nederlands
Woordafbreking
- di·ri·gent
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘orkestleider’ voor het eerst aangetroffen in 1910 [1]
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord dirigere (= besturen)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dirigent | dirigenten |
verkleinwoord | dirigentje | dirigentjes |
Zelfstandig naamwoord
dirigent m
- De dirigent wilde dat we onze stukken beter oefenden.
- Kavakos is een rare dirigent, bleek na de pauze in een wisselvallige, maar enerverende Vierde symfonie van Brahms. Nu met baton en groot orkest lichtte hij schitterende details uit. Op cruciale momenten bracht hij zijn organische timing zeer nauwkeurig over op de musici. Maar in plaats van die precisie te bewaren ontaarde zijn slag even later in zwierige vaagheid en liep alles ongelijk.[2]
Synoniemen
- notenzwaaier
Hyponiemen
- koordirigent
Afgeleide begrippen
- gastdirigent
Vertalingen
1. een leider van een orkest, koor of ander muziekgezelschap
Gangbaarheid
- Het woord dirigent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dirigent' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Deens
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / diɐ̯iˈgεnˀd /
Woordafbreking
- di·ri·gent
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord dirigere (= besturen)
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | dirigent | dirigenten | dirigenter | dirigenterne |
genitief | dirigents | dirigentens | dirigenters | dirigenternes |
Zelfstandig naamwoord
dirigent, g
- (muziek), (beroep) dirigent
- moderator, voorzitter, voorzitster
- ploegleider, ploegleidster
Afgeleide begrippen
- [1]: chefdirigent
- [1]: gæstedirigent
- [1]: kordirigent
- [1]: orkesterdirigent
Noors
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / dɪɾɪˈgent /
Woordafbreking
- di·ri·gent
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord dirigere (= besturen)
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | dirigent | dirigenten | dirigenter | dirigentene |
genitief | dirigents | dirigentens | dirigenters | dirigentenes |
Afgeleide begrippen
|
|
|
Nynorsk
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
- IPA: / dɪɾɪˈgent /
Woordafbreking
- di·ri·gent
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Latijnse werkwoord dirigere (= besturen)
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | dirigent | dirigenten | dirigentar | dirigentane |
Afgeleide begrippen
- [1]: gjestedirigent
- [1]: kordirigent
- [1]: orkesterdirigent
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.