detail

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  detail    (hulp, bestand)
  • IPA: /de'taj/
Woordafbreking
  • de·tail
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bijzonderheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1706 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord detail details
verkleinwoord detailtje detailtjes

Zelfstandig naamwoord

detail o

  1. onderdeel, kleinigheid
Hyponiemen
  • bouwdetail, contactdetail
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord detail staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Engels

enkelvoud meervoud
detail details

Zelfstandig naamwoord

detail

  1. detail

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /dɛtajl/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Franse woord détail

Zelfstandig naamwoord

detail m onbezield

  1. detail
Verbuiging
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • detailně (bw.)
  • detailnost v
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.