continue

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·ti·nue

Bijvoeglijk naamwoord

continue

  1. verbogen vorm van de stellende trap van continu

Gangbaarheid

  • Het woord continue staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.

Engels

Uitspraak
Woordafbreking
  • con·tin·ue
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Latijnse werkwoord continuare, dat van het Latijnse woord continuus komt, het voltooid deelwoord van het Latijnse werkwoord continere (con + tenere).
  • Engels weerkwoord met het voorvoegsel con-.
Naar frequentie 320
vervoeging
onbepaalde wijs to continue
he/she/it continues
verleden tijd continued
voltooid
deelwoord
continued
onvoltooid
deelwoord
continuing
gebiedende wijs continue

Werkwoord

continue

  1. aanhouden
  2. beklijven
  3. bestendigen
  4. blijven doorgaan
  5. continueren
  6. doorgaan
  7. doorlopen
  8. duren
  9. standhouden
  10. verder gaan met
  11. verdergaan
  12. vervolgen
  13. voortduren
  14. voortgaan
  15. voortzetten
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Frans

Werkwoord

vervoeging van
continuer

continue

  1. eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van continuer
  2. eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van continuer
  3. tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van continuer
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.