doorgaan
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dóórgaan (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈdɔːrχan/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈdoːrɣan/
- Geluid: doorgáán (hulp, bestand)
Woordafbreking
- door·gaan
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van door bw en gaan ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorgaan |
ging door |
doorgegaan |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
dóórgaan
- inergatief ~ met: niet stoppen, blijven
- Het is altijd nog mogelijk door te gaan.
- door winst te behalen verder kunnen gaan.
- Het land ging door nadat ze twee keer hadden gewonnen.
- plaatsvinden ondanks voorafgaande twijfel
- De voetbalwedstrijd gaat ondanks het slechte weer toch door.
- (België) plaatsvinden
- De opening gaat door op 27 juli.
Uitdrukkingen en gezegden
- Onder het juk moeten doorgaan
zich aan andermans macht moeten onderwerpen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
doorgaan |
doorging |
doorgaan |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
doorgáán
- overgankelijk doorstaan, zien vol te houden.
- Hij moest de operatie doorgáán zonder verdoving.
Synoniemen
- [2] volhouden
Vertalingen
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van doorgaan: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
Gangbaarheid
- Het woord doorgaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'doorgaan' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.