cijferen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cij·fe·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
cijferen
cijferde
gecijferd
zwak -d volledig

Werkwoord

cijferen [2]

  1. (wiskunde) onovergankelijk rekenen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord cijferen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.