becijferen
Nederlands
Woordafbreking
- be·cij·fe·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
becijferen |
becijferde |
becijferd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
becijferen
- overgankelijk uitrekenen
- Dat werd becijferd op drie miljoen euro.
- overgankelijk door cijfers aanwijzen
- overgankelijk (muziek) notaties door cijfers aangeven
Vertalingen
1. uitrekenen
2. door cijfers aanwijzen
3. (muziek) notaties door cijfers aangeven
Gangbaarheid
- Het woord becijferen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'becijferen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.