cijferaar
Nederlands
Woordafbreking
- cij·fe·raar
Woordherkomst en -opbouw
Naamwoord van handeling van cijferen met het achtervoegsel -aar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cijferaar | cijferaars |
verkleinwoord |
Gangbaarheid
- Het woord cijferaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'cijferaar' herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.