Resolutie 1029 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Resolutie 1029 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd unaniem aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties op 12 december 1995.

Resolutie 1029
Van deVN-Veiligheidsraad
Datum12 december 1995
Nr. vergadering3605
CodeS/RES/1029
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
OnderwerpRwanda
BeslissingVerlengde de UNAMIR-vredesmissie tot 8 maart 1996 en paste het mandaat aan.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1995
Permanente leden
Niet-permanente leden
 Argentinië ·  Botswana ·  Tsjechië ·  Duitsland ·  Honduras ·  Indonesië ·  Italië ·  Nigeria ·  Oman ·  Rwanda
Een Rwandees vluchtelingenkamp in buurland Congo (foto: mrt 2007).

Achtergrond

Toen Rwanda een Belgische kolonie wa,s werd de Tutsi-minderheid in het land verheven tot een elite die de grote Hutu-minderheid wreed onderdrukte. Na de onafhankelijkheid werden de Tutsi verdreven en namen de Hutu de macht over. Het conflict bleef aanslepen en in 1990 vielen Tutsi-milities verenigd als het FPR Rwanda binnen. Met westerse steun werden zij echter verdreven. In Rwanda zelf werd de Hutu-bevolking opgehitst tegen de Tutsi. Dat leidde begin 1994 tot de Rwandese genocide. De UNAMIR-vredesmacht kon vanwege een te krap mandaat niet ingrijpen.

Inhoud

Waarnemingen

Nog steeds bleken elementen van het voormalige Rwandese regime Rwanda binnen te vallen. Het was van belang dat Rwandezen in de naburige vluchtelingenkampen geen militaire acties pleegden of wapens ontvingen. Rwanda moest voor een klimaat van vertrouwen zorgen voor de terugkeer van de vluchtelingen. Het land werd intussen geprezen om zijn inspanningen voor vrede, veiligheid, heropbouw en rehabilitatie in en van het land.

Handelingen

De Veiligheidsraad verlengde de UNAMIR-vredesmissie in Rwanda tot 8 maart 1996. Haar mandaat werd aangepast om:

a. Mee te werken aan de terugkeer van vluchtelingen,
b. Rwanda te helpen met die terugkeer en de creatie van een vertrouwenssfeer,
c. Logistieke steun te verlenen aan die terugkeer,
d. Bij te dragen aan de beveiliging van het Rwanda-tribunaal.

De secretaris-generaal werd gevraagd het aantal troepen te verlagen tot 1200 en het aantal waarnemers en ondersteunend personeel tot 200. Ook moest hij de terugtrekking van de missie binnen de 6 weken na afloop van het lopende mandaat plannen en de politiecomponent nu reeds terug te trekken. Ten slotte werd de secretaris-generaal gevraagd tegen 1 februari 1996 te rapporteren over het einde van UNAMIR's mandaat en de geboekte vooruitgang met betrekking tot de terugkeer van de vluchtelingen.

Verwante resoluties

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.