Perzische Rijk

Het Perzische Rijk was een uitgestrekt rijk in het Nabije Oosten waarover een aantal Iraanse/Perzische dynastieën hebben geregeerd. De kern er van bestond uit het huidige Iran, vroeger bekend als Perzië. De belangrijkste residenties van de heersers waren Babylon, Susa, Persepolis en Ctesiphon. Het vroegst bekende koninkrijk in het huidige Iran was het Elamitische Rijk, dat door het Medenrijk werd opgevolgd. Het rijk van de Achaemeniden onder Cyrus de Grote wordt gewoonlijk als het eerste rijk genoemd dat als "Perzisch" kan worden bestempeld. Het nieuw-Perzische rijk van de Sassaniden was het tweede en laatste Perzische Rijk. Hierna veroverden de Arabieren Perzië.

Perzische Rijk rond 500 voor Christus

Naamgeving

De naam Perzië werd tot 1935 gebruikt door het Westen om de natie Iran, een deel van zijn oude bevolking, of zijn oude imperium te beschrijven. Het stamt af van de oude Griekse naam voor de Perzen, Persis. Dit komt beurtelings van de naam van een provincie in het zuiden van Iran, genaamd Fars in de moderne Perzische taal en Parsi in Middelperzisch. Persis is de hellenistische vorm van Parsi. Deze provincie was de kern van het originele Perzische Rijk. Na 1935 werd de naam Iran aangehouden op verzoek van de toenmalige sjah Reza Pahlavi. Dit om duidelijk aan te geven dat Perzen Ariërs zijn (Iran is in het Perzisch een vrouwelijke Ariër).

De dynastie van de Achaemeniden

Meden en Perzen afgebeeld in Persepolis uit de 5e eeuw v.Chr.. De Meden dragen de ronde hoeden.

Cyrus II de Grote verenigde de verdeelde koninkrijken rond 559 v.Chr.. Op dat moment waren de Perzen nog onderworpen aan de Meden. Cyrus verenigde de Perzen, kwam in opstand tegen de Meden en stootte hun koning Astyages van de troon. Cyrus, nu de sjah van een verenigd Perzisch koninkrijk, veroverde de rest van Medië rond 550 v.Chr.. Cyrus verenigde de Meden en Perzen en nog meer veroveringen volgden spoedig. Hij veroverde Lydië in Klein-Azië en verplaatste zijn manschappen naar Centraal-Azië. Tot slot marcheerde Cyrus triomfantelijk door de oude stad Babylon. Na deze overwinning kreeg hij naam als welwillende veroveraar. Hij stelde een beroemd handvest op, de Cyruscilinder. In dit handvest beloofde de koning om Babylon niet te terroriseren of zijn instellingen en cultuur te vernietigen. Cyrus werd gedood tijdens een veldslag tegen de Massagetae (of Saka's).

De zoon van Cyrus, Cambyses II, voegde Egypte toe aan het Perzische Rijk. Het imperium bereikte zijn grootste omvang onder Darius I. Hij leidde legers in de vallei van de rivier de Indus en in Europa. Zijn invasie van Griekenland werd gestopt na de Slag bij Marathon. Zijn zoon Xerxes probeerde ook om Griekenland te veroveren, maar hij werd in 480. verslagen in de Slag bij Salamis.

Het Perzische Rijk van de Achaemeniden was het grootste en krachtigste imperium tot dan toe. Wat nog belangrijker was, het werd goed geleid en werd efficiënt georganiseerd. Darius verdeelde zijn koninkrijk in ongeveer twintig provincies onder satrapen, of gouverneurs, van wie velen een persoonlijke band met de sjah hadden. Hij stelde een belastingsysteem op om elke provincie geld en middelen te laten afdragen aan de regering. Hij nam het geavanceerde postsysteem van de Assyriërs over en breidde het uit. Ook geheime agenten, de "Ogen en Oren van de Koning", die hem informeerden over de stand van zaken in het rijk, werden overgenomen uit het Assyrische Rijk.

Kunst van Perzische Rijk in Metropolitan Museum of Art, New York.

Darius I legde de beroemde Koninklijke Weg aan om de oude handelsroutes te verbeteren. Daardoor werd handel met landen ver van het imperium mogelijk. Hij verplaatste het beleidscentrum van Perzië naar Susa, dicht bij Babylon en dichter bij het centrum van het koninkrijk. De Perzen stonden toe dat lokale culturen intact bleven. Dit kwam uiteindelijk het imperium ten goede, aangezien de veroverde volkeren geen behoefte voelden in opstand te komen.

Tijdens de periode van de Achaemeniden, werd het zoroastrisme de godsdienst van de heersers en de meeste mensen in Perzië. De profeet Zoroaster had (vermoedelijk) rond 600 v.Chr. geleefd. De nieuwe godsdienst was een vervanging van de verering van traditionele Arische goden; het benadrukte een universele strijd tussen goede en kwade goden. Zoroastrisme en zijn mystieke leiders, genaamd Magi, zouden een bepalend element in de Perzische cultuur worden.

Achaemenidisch Perzië verenigde mensen en koninkrijken van elke belangrijke beschaving uit die tijd (behalve China). Voor het eerst waren de mensen van zeer verschillende culturen, Griekse, Egyptische en Mesopotamische culturen in het westen en de hindoeïstische en boeddhistische culturen van het oosten, met elkaar in contact gebracht onder één heerser.

Hellenistisch Perzië (330-129 v.Chr.)

De latere jaren van de dynastie van de Achaemeniden werden gekenmerkt door verval. Het machtigste imperium in de wereld stortte in slechts acht jaar in toen het onder vuur van de jonge Macedonische koning Alexander de Grote kwam.

Perzië kwam onder Griekse invloed in 401 v.Chr., toen de satraap van Sardis tienduizend Griekse huursoldaten inhuurde om te helpen hem te beveiligen. Dit duidt zowel op de politieke instabiliteit als de militaire zwakheid van laat Achaemenidisch Perzië.

Philippus II van Macedonië, de leider van het grootste deel van Griekenland, en zijn zoon Alexander wisten deze zwakheid in hun voordeel te gebruiken. Philippus II maakte al plannen voor de 'bevrijding van de Ionische Griekse steden van het Perzische juk' maar overleed voor hij tot actie kon overgaan. Zijn zoon en opvolger Alexander liet zijn oog eveneens vallen op Perzië. Het leger van Alexander kwam in 334 voor Christus in Klein-Azië aan. Zijn legers trokken pijlsnel door Lydië, Fenicië en Egypte, alvorens zij alle troepen van Darius III versloegen en de hoofdstad in Susa belegerden. De laatste weerstand van de Achaemeniden was bij de "Perzische Poorten" dicht bij het koninklijke paleis in Persepolis. Het Perzische Rijk kwam nu in Griekse handen.

Langs zijn route van verovering richtte Alexander vele koloniesteden op, die hij 'Alexandrië' noemde. Daarna volgden verscheidene eeuwen waarin de Griekse invloed in Perzië zeer werd uitgebreid, met name op cultureel gebied.

Het imperium van Alexander raakte korte tijd na zijn dood verdeeld, maar Perzië bleef in Griekse handen. Alexanders generaal Seleucus nam de controle over Perzië, Mesopotamië, en later Syrië en Klein-Azië over. Zijn nakomelingen, de Seleuciden, bleven gedurende de Griekse heerschappij de regerende dynastie.

Het Hellenisme deed zijn intrede. De Griekse taal, de filosofie, en de kunst kwamen met de kolonisten mee. In het vroegere imperium van Alexander werd het Grieks de algemene taal van diplomatie en literatuur. De handel met China was ten tijde van de Achaemeniden langs de zogenaamde Zijderoute begonnen; maar tijdens de hellenistische periode begon de handel pas echt menens te worden. De handel over land bewerkstelligde fascinerende culturele uitwisselingen. Het boeddhisme kwam uit India overwaaien, terwijl ook het zoroastrisme zich naar het westen uitbreidde. Dit beïnvloedde uiteindelijk het jodendom. Vanuit de andere richting, Griekenland en het Midden-Oosten, verspreidde zich de hellenistische cultuur naar het oosten. Er zijn reusachtige standbeelden van Boeddha in klassieke Griekse stijl gevonden in Perzië en Afghanistan, die de mengeling van culturen illustreren, hoewel het mogelijk is dat deze 'Grieks-boeddhistische' kunst al dateert uit de tijden der Achaemeniden toen de Griekse kunstenaars voor de Perzen werkten.

Het reusachtige Seleucidische koninkrijk had al snel te lijden onder desintegratie en interne dynastieke strubbelingen. Al tijdens het leven van Seleucus werd de hoofdstad verplaatst van Seleucië in Mesopotamië naar Antiochië in Syrië waardoor het machtscentrum (te) ver naar het westen verschoof. De oostelijkste provincies lagen toen eigenlijk te ver van de hoofdstad om nog goed onder controle te houden en Bactria en Parthia braken al met het koninkrijk in 238 voor Christus. Wel bleven nog enige tijd Griekse of gehelleniseerde koningen hier aan de macht. Bactria veroverde zelfs kortstondig een flink deel van het gebied rond de Indus.

Na de overwinning van de vijfde Syrische Oorlog en zijn bemoeienissen tijdens de Tweede Macedonische Oorlog kwam Antiochus III de Grote in conflict met het Romeinse Rijk, de Romeins-Seleucidische oorlog (192-188). Met de Vrede van Apamea speelde Antiochus een groot deel van Klein-Azië kwijt. Onder dwang van de Romeinen moest Antiochus IV de zesde Syrische Oorlog afbreken. Bij zijn terugtocht plunderde hij Jeruzalem, het begin van de Makkabese opstand.

Na Demetrius I Soter (162-150), de laatste grote Seleucidische koning, werd de invloed van Rome steeds groter. De dood van Antiochus VII Euergetes Sidetes na de Slag bij Ecbatana in 129 v.Chr. tijdens de Seleucidisch-Parthische Oorlogen kan worden beschouwd als het eindpunt. Het imperium viel uiteindelijk uiteen door dynastieke twist en werd ingepalmd door de Parthen.

Perzië onder bewind van de Parthen (250 v.Chr. - 226 na Chr.)

Parthië was het gebied ten noorden van Perzië in wat vandaag noordoostelijk Iran is. Zijn heersers, de Arsacidische dynastie, behoorden tot een Iraanse stam die zich daar tijdens de tijd van Alexander had gevestigd. Zij verklaarden hun onafhankelijkheid van de Seleuciden in 238 voor Christus, maar hun pogingen om zich verder in Perzië uit te breiden werden tegengewerkt door de Seleuciden tot ze ca. 170 voor Christus onder Mithridates I de Grieken beslissend versloegen. Vervolgens volgde een snelle expansie tot aan Mesopotamië.

Het rijk van de Parthen liep uiteindelijk van het Romeinse Rijk, langs de rivier de Eufraat, tot aan de rivier de Indus in hedendaags Pakistan. De twee imperiums werden belangrijke rivalen. De Parthen hadden goede schutters en bleken gelijkwaardig te zijn in strijdkracht aan de Romeinse legioenen, zoals bleek in de Slag bij Carrhae waar de Romeinen een verpletterende nederlaag leden. De oorlogen kwamen zeer frequent voor. Meestal diende Mesopotamië als slagveld. In het oosten was het Kushanrijk de belangrijkste rivaal.

Tijdens de periode van de Parthen namen de hellenistische gewoonten geleidelijk af en een heropleving van de Perzische cultuur volgde. Maar het imperium was geen hechte politieke eenheid: de machtigste Parthische edelen waren een factor waarmee de koning rekening moest houden. In de eerste eeuw voor Christus werd Parthië verder gedecentraliseerd en werd uiteindelijk geregeerd door een los/vast verbond van feodale edelen. De oorlogen met Rome in het westen en het Kushanrijk in het noordoosten zorgden voor een langzame uitputting van de middelen van het land.

Sassanidisch Perzië (226-650)

Tijdens de regering van de Parthen was Perzië slechts één provincie in een groot, losjes gecontroleerd imperium. De lokale koning van Perzië , Ardashir I, leidde in 224 een succesvolle opstand tegen het keizerlijk gezag van Parthië. Na twee jaar werd hij gekroond tot de opperste koning (sjah) van een nieuw Perzisch Rijk.

De Sassanidische dynastie (die naar de grootvader van Ardashir werd vernoemd) was de eerste inheemse Perzische dynastie sinds de Achaemeniden; aldus zagen zij zich als opvolgers van Darius en Cyrus. Zij streefden een agressief expansiebeleid na. Zij wisten veel van het oostelijke land terug te veroveren dat de Kushans tijdens de laatste en tevens zwakke regerings-periode van de Parthen hadden ingenomen. De Sassaniden bleven eveneens oorlog tegen Rome voeren; er werden ook hier enkele belangrijke overwinningen geboekt.

Sassanidisch Perzië, in tegenstelling tot Parthië, was een hoogst gecentraliseerde staat. De mensen werden strikt georganiseerd in een kastesysteem: priesters, militairen, schrijvers en burgers. Zoroastrisme werd definitief tot de officiële staatsgodsdienst verheven en werd uitgebreid buiten het eigenlijke Perzië. Er vond sporadisch vervolging van andere godsdiensten plaats. De katholieke (orthodoxe) christelijke kerk werd in het bijzonder vervolgd, maar dit was voor een deel toe te schrijven aan haar banden met het rivaliserende Romeinse Rijk. De van de orthodoxen afgescheiden nestorische christelijke kerk werd wel getolereerd en werd zelfs soms goedgekeurd door de Sassaniden.

De vele oorlogen en de godsdienstige striktheid droegen echter tot het verval van Sassanidisch Perzië bij. De oostelijke gebieden werden veroverd door de Witte Hunnen in de late jaren 400. De Mazdakiten werden opstandig rond dezelfde tijd. Ook de oude rivalen de Romeinen, nu in de vorm van het Byzantijnse Rijk, brachten de Sassaniden opnieuw in het nauw. Een latere leider echter, de krachtdadig optredende Khosrau, won zijn imperium gedeeltelijk terug en kon het zelfs in de christelijke gebieden van Antiochië en Jemen uitbreiden en de Byzantijnen verplichten tot het betalen van schatting om de vrede met hem te bewaren. Tussen 605 en 629 voegden de Sassaniden met succes de Levant en Egypte aan het rijk toe en voerden strijd in Anatolië. Hun legers onder Khusro II bereikten zelfs de Byzantijnse hoofdstad Constantinopel , maar konden de Byzantijnen niet definitief verslaan. Maar het leek er wel op dat de Sassaniden nu het overwicht in het Midden-Oosten behaald hadden.

Nochtans vernietigde een definitieve oorlog met de erfgenamen van Rome het imperium volkomen. De Byzantijnse keizer Heraclius ging in het tegenoffensief en overwon met succes de Perzische legers in Klein-Azië en in noordelijk Mesopotamië (na een beslissende veldslag in Nineve in 627) en bezorgde hun een nog zwaardere nederlaag door zelfs de Sassanidische hoofdstad Ctesiphon te bezetten. De Sassaniden moesten volgens de bepalingen van het vredesverdrag met keizer Heraclius al hun veroverd land opgeven en zich terugtrekken tot achter de Eufraat. Hoge belastingen en de zeer lange oorlog veroorzaakten opstanden in het imperium. Khusro II werd vermoord in 628 en er volgde een periode van anarchie na de dood van zijn opvolger Kavad II in hetzelfde jaar. De opvolgende Sassanidische sjahs hadden geen controle meer over het land. Maar voordat de Byzantijnen daarvan gebruik konden maken om definitief het Perzische rijk te onderwerpen rukten de legers van de nieuwe godsdienst de islam het land binnen.

In 632 besteeg de laatste Sassanidische heerser Yazdagird III de troon maar werd constant belaagd door de moslimlegers. In 636 volgde een belangrijke nederlaag tegen de moslims toen Ctesiphon werd ingenomen en in 642 de definitieve nederlaag toen het Sassanidische leger in de pan werd gehakt. In Khorasan in het oosten kon nog even een restant van het rijk zich handhaven totdat Yazdagird, op de vlucht voor de zegevierende moslimlegers na zijn laatste nederlaag aan de Oxus in 644 naar T'ang China vluchtte van waaruit hij tevergeefs opstanden probeerde op te zetten tegen de nieuwe heersers in Perzië. In 651 werd hij in Merv vermoord. Binnen een eeuw was de dominante rol van Perzië, en ook van diens rivaal Byzantium, in het Midden-Oosten uitgespeeld en vervangen door het eerste Arabische kalifaat.

IranPahlavidynastieKadjarenAfsharidenSafavidenMongoolse RijkIslamSassanidenParthenOud-GriekenlandAchaemeniden

Tijdlijn van het Perzische Rijk

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.