vereniging
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vereniging (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /və.ˈre.nə.χɪŋ/
- (Vlaanderen, Brabant): /və.ˈre.nə.ɣɪŋ/
- (Limburg): /vər.ˈe.ni.ɣɪŋ(g)/
Woordafbreking
- ver·eni·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vereniging | verenigingen |
verkleinwoord | verenigingetje | verenigingetjes |
Zelfstandig naamwoord
vereniging v
- een groep van mensen met gelijke interesse
- Hij had zich aangesloten bij een vereniging voor fotografie.
- samenvoeging van een aantal zaken of samenkomst van een aantal personen
- (wiskunde) een operatie die twee of meer verzamelingen samenvoegt
Synoniemen
- [1] club
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
- verenigingsgebouw, verenigingskerk, verenigingsleven, verenigingspunt, verenigingsraad, verenigingswiki
Verwante begrippen
- [1] associatie, genootschap, gezelschap, instelling, kring, liga, sociëteit
- [2] eenwording
Vertalingen
1. een groep van mensen met gelijke interesse
3. een operatie die twee of meer verzamelingen samenvoegt
Gangbaarheid
- Het woord vereniging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vereniging' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.