hoeveelheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hoe·veel·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘aantal’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
  • afgeleid van hoeveel met het achtervoegsel -heid
enkelvoud meervoud
naamwoord hoeveelheid hoeveelheden
verkleinwoord hoeveelheidje hoeveelheidjes

Zelfstandig naamwoord

hoeveelheid v [2]

  1. de kwantiteit waarin iets aanwezig is
    • De hoeveelheid malware is in één jaar verdrievoudigd. 
Synoniemen
Hyponiemen
  • afvloeihoeveelheid
  • bestelhoeveelheid
  • bloedhoeveelheid
  • cijferhoeveelheid
  • doorstroomhoeveelheid
  • geldhoeveelheid
  • gewichtshoeveelheid
  • ladingshoeveelheid
  • voedselhoeveelheid
  • voorraadhoeveelheid
  • warmtehoeveelheid
  • waterhoeveelheid
  • zaadhoeveelheid
Afgeleide begrippen
  • hoeveelheidswoorden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hoeveelheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.