hamel
Nederlands
Woordafbreking
- ha·mel
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘gecastreerde ram’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1376 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hamel | hamels |
verkleinwoord | hameltje | hameltjes |
Zelfstandig naamwoord
hamel m
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een gecastreerde ram
Gangbaarheid
- Het woord hamel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hamel' herkend door:
53 % | van de Nederlanders; |
40 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.