eius

Latijn

Uitspraak
  • IPA: /ˈɛj.jʊs/
enkelvoud meervoud
mannelijk vrouwelijk onzijdig mannelijk vrouwelijk onzijdig
nominatief iseaid, eaeea
accusatief eumeameōseās
genitief eiuseōrumeārumeōrum
datief eīs, iīs
ablatief

Persoonlijk voornaamwoord

ĕiŭs

  1. van hem; van deze, van die (genitief mannelijk enkelvoud van de derde persoon)
  2. van haar; van deze, van die (genitief vrouwelijk enkelvoud van de derde persoon)
  3. ervan; van dit, van dat (genitief onzijdig enkelvoud van de derde persoon)
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.