woonvorm

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • woon·vorm
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord woonvorm woonvormen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

woonvorm m

  1. een type huishouding
    • Het gezin, de commune en de verzorgingsflat zijn verschillende woonvormen 
  1. een type nederzetting
    • Het dorp was vroeger de woonvorm waarin de meeste mensen woonden tegenwoordig is dat de stad 

Gangbaarheid

  • Het woord woonvorm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.