huishouding

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • huis·hou·ding
Woordherkomst en -opbouw
  • Samenstellende afleiding van huis en houden met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord huishouding huishoudingen
verkleinwoord huishoudinkje huishoudinkjes

Zelfstandig naamwoord

huishouding v

  1. een verzamelnaam voor het dagelijks levensonderhoud in een woning
    • Een hulp in de huishouding is een kostbare zaak. 

Gangbaarheid

  • Het woord huishouding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.