nederzetting
Nederlands
Woordafbreking
- ne·der·zet·ting
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van nederzetten met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nederzetting | nederzettingen |
verkleinwoord | nederzettinkje | nederzettinkjes |
Zelfstandig naamwoord
nederzetting v
- een vestiging, een bewoonde plaats
- De nederzetting werd door mensen bewoond.
Vertalingen
1. een vestiging, een bewoonde plaats
Gangbaarheid
- Het woord nederzetting staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'nederzetting' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.