voorvader
Nederlands
Woordafbreking
- voor·va·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voor en vader
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voorvader | voorvaderen, voorvaders |
verkleinwoord | voorvadertje | voorvadertjes |
Zelfstandig naamwoord
voorvader m
- (familie) mannelijk persoon van wie een volk, een clan of een familie afstamt; ook bij dieren
- -De Britse voorvaders kwamen uit Bretagne, wat nog steeds in de naam is te herkennen.
- -Wolven, voorvaders van de hond, leven in hoogst georganiseerde sociale groepen.
Antoniemen
- stammoeder
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord voorvader staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'voorvader' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.