templar

Engels

enkelvoud meervoud
templar templars

Zelfstandig naamwoord

templar

  1. tempelier (persoon)


Spaans

stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
templar
templaba
templado
volledig

Werkwoord

templar

  • onovergankelijk
  1. vluchten, ervandoor gaan
  • overgankelijk
  1. matigen, temperen, verzachten, afzwakken
  2. (muziek), stemmen
  3. (techniek), vastdraaien, aandraaien, vastschroeven, spannen
  4. (techniek), harden (van metalen)
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.