ribonucleïnezuur
Nederlands
Woordafbreking
- ri·bo·nu·cle·i·ne·zuur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ribonucleïne en zuur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ribonucleïnezuur | ribonucleïnezuren |
verkleinwoord | ribonucleïnezuurtje | ribonucleïnezuurtjes |
Zelfstandig naamwoord
ribonucleïnezuur o
- (biochemie) ribose bevattend nucleïnezuur, één van drie macromoleculen die essentieel zijn voor alle bekende levensvormen
Vertalingen
1.
|
|
Gangbaarheid
- Het woord ribonucleïnezuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ribonucleïnezuur' herkend door:
69 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.