luitist
Nederlands
Woordafbreking
- lui·tist
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | luitist | luitisten |
verkleinwoord | luitistje | luitistjes |
Zelfstandig naamwoord
luitist m
- De luitist is haar vaste begeleider.
Synoniemen
- luitspeler
Gangbaarheid
- Het woord luitist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'luitist' herkend door:
56 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.