kof

type zeilschip voor binnen- en kustvaart met platte bodem en ronde voor- en achtersteven

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kof    (hulp, bestand)
  • IPA: /kɔf/
Woordafbreking
  • kof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kof 1.: koffen
2.-6.: kofs
verkleinwoord kofje kofjes

Zelfstandig naamwoord

kof v/m

  1. (scheepvaart)(historisch) type zeilschip voor binnen- en kustvaart met platte bodem en ronde voor- en achtersteven
  2. (Jiddisch-Hebreeuws) negentiende letter van het alfabet
  3. (Jiddisch-Hebreeuws) getal honderd
  4. (Jiddisch-Hebreeuws) elfde letter van het alfabet
  5. (Jiddisch-Hebreeuws) getal twintig
  6. (Suriname) omslag onderaan broekspijp
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord kof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
55 %van de Nederlanders;
53 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Bretons

Zelfstandig naamwoord

kof

  1. buik
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.