kaakbeen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kaak·been
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kaakbeen kaakbeenderen
verkleinwoord kaakbeentje kaakbeentjes

Zelfstandig naamwoord

kaakbeen o

  1. (anatomie) één van de beenderen van de schedel
    • Kon jij op die afbeelding het kaakbeen zien? 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kaakbeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.