goedig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  goedig    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈxudəx/
Woordafbreking
  • goe·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen goediggoedigergoedigst
verbogen goedigegoedigeregoedigste
partitief goedigsgoedigers-

Bijvoeglijk naamwoord

goedig [2]

  1. (te) vriendelijk
    • Een meerderheid in de Kamer toonde zich niet ontevreden over het nieuwe asielbeleid van Teeven. ChristenUnie, SP en GroenLinks zijn niet erg enthousiast, die hadden het graag nog allemaal wat ruimhartiger gezien. De PVV daarentegen vindt de staatssecretaris juist weer te goedig. [3] 
    • Wanneer ze zichzelf uitnodigt als logé bij haar goedige ex-assistent Claire (Kristen Bell), blijkt ze haar ondernemersgeest nog niet te hebben verloren. Claire heeft een gouden familierecept voor brownies en een dochter bij een padvindersclub met een wereldwijd netwerk aan jonge verkoopsters. Kassa! [4] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord goedig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
86 %van de Nederlanders;
50 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.