aandeelhouder

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·deel·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aandeelhouder aandeelhouders
verkleinwoord aandeelhoudertje aandeelhoudertjes

Zelfstandig naamwoord

aandeelhouder m

  1. (financieel) een houder van één of meer bewijzen van aandeel
    • De aandeelhouders werden erg zenuwachtig over een mogelijk naderende beurskrach. 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aandeelhouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.