Speerwerpen

Speerwerpen is een onderdeel in de atletiek waarbij men, na een aanloop, tracht een speer zo ver mogelijk te werpen. De speer dient te landen in een vrij smalle sector waarbij de punt van de speer het eerst de grond moet raken.

Speerwerpen
Wolfgang Hanisch tijdens de DDR-Leichtathletik-Meisterschaften in 1977
Algemene gegevens
Organisatie België: KBAB
 Nederland: Atletiekunie
 Suriname: SAB
Mondiaal: IAAF
Start18e eeuw (Scandinavië)
TypeInd. sport
CategorieKrachtsport
LocatieAtletiekbaan
Olympisch1908
Competities / Kampioenschappen
KampioenschappenBK / NK / EK / WK
Olympische Spelen
Diamond League
World Challenge
Kampioenen
Belgisch kampioen
75,62 Timothy Herman
46,89 Pauline Smal
Nederlands kampioen
74,89 Mart ten Berge
55,20 Anouk Vetter
Wereldkampioen
92,72 Julius Yego
67,69 Katharina Molitor
Olympisch kampioen
90,30 Thomas Röhler
66,18 Sara Kolak
Records
Belgisch record83,65 Johan Kloeck
59,32 Nafissatou Thiam
Nederlands record80,70 Thomas van Ophem
60,92 Lisanne Schol
Europees record98,48 Jan Železný
72,28 Barbora Špotáková
Wereldrecord98,48 Jan Železný
72,28 Barbora Špotáková
Verwante sporten
Verwante sportenDiscuswerpen
Kogelslingeren
Meerkamp
Kogelstoten
Laatst bijgewerkt op: 21 augustus 2019
Portaal    Sport
Atletiek

In de 18e eeuw werd de huidige speerwerpsport ontwikkeld door de Scandinaviërs. De Zweden en vooral de Finnen toonden zich gedurende tientallen jaren ware meesters in het speerwerpen. Speerwerpen werd voor het eerst in officiële kampioenschappen opgenomen in 1906 in Engeland. Het werd een officiële Olympische atletiekdiscipline voor mannen in 1908 in Londen en in 1932 in Los Angeles voor vrouwen. Ook is het onderdeel van verschillende meerkampen.

Regels

Bregje Crolla, voormalig Nederlands recordhoudster speerwerpen

De speer wordt geworpen na een aanloop, waarbij de aanloopbaan 4 meter breed is en minimaal 30 meter lang, of bij grotere wedstrijden minimaal 33,50 meter lang. Als de omstandigheden het toelaten wordt een lengte van 36,50 m of meer aanbevolen. Daarbij gelden de volgende regels:[1]

  • De speer dient in het midden te worden vastgehouden, de punt moet bij de aanloop en afworp voortdurend ongeveer in de werprichting wijzen.
  • De atleet mag de aanloop pas verlaten nadat de speer geland is.
  • De atleet mag de gebogen, witte lijn aan het eind van de aanloop, of het zijdelings verlengde daarvan, niet aanraken of overschrijden. Ook niet bij het verlaten van de aanloop nadat de speer geland is.
  • De speer dient met de punt het eerst de grond te raken. De speer hoeft echter niet in de grond te blijven steken.
  • De speer moet binnen de sectorlijnen landen. Dit zijn lijnen die hun oorsprong hebben in het zogenaamde 'achtmeterpunt', acht meter voor het einde van de aanloopbaan. Vanaf daar maken ze een hoek van 28,65° met elkaar.
  • Nadat de speer geland is dient de werper de aanloop te verlaten, dit is het geval zodra hij/zij de aanloop aan de zijkant heeft verlaten, of meer dan 4 meter van de afworplijn is weggelopen. De jury kan dan gaan meten.
  • Tijdens een wedstrijd mag iedere atleet over het algemeen drie keer werpen, waarna de beste acht atleten nog drie worpen mogen maken. In sommige gevallen zijn vier pogingen toegestaan.

Materiaal

De speren werden eerst van hout gemaakt, maar tegenwoordig van metaal of carbon, in elk geval hebben zij een metalen punt en is de doorsnede rond. Rond het zwaartepunt is een handvat van koord aangebracht. Een herenspeer is 2,6 tot 2,7 meter lang en weegt 800 gram. Een damesspeer weegt 600 gram en is 2,2 tot 2,3 meter lang. Bij jeugd en mastersatletiek worden ook lichtere speren gebruikt, speren van 400, 500 en 700 gram zijn daarbij in gebruik.

In 1956 veroorzaakte een Spaanse speerwerper grote opschudding: met een soort draai-worp kwam hij tot afstanden van meer dan 100 meter. Daar zijn slingertechniek het karakter van het speerwerpen volkomen veranderde, werd een voor de internationale atletiekwereld eensluidende regel opgesteld: de speerpunt moet tijdens de aanloop steeds in de werprichting wijzen. Doch ook zonder de revolutionaire draaitechniek ging men steeds verder werpen. Toen men in 1984 afstanden wierp van meer dan 100 meter (wereldrecord van Uwe Hohn van 104,80 m), besloot de IAAF uit veiligheidsoverwegingen om het zwaartepunt van de speer te verleggen, waardoor de geworpen afstanden met 15 tot 20 meter verminderden. Ondertussen werpt men de speer echter regelmatig weer meer dan 90 meter ver. In 1991 werden de reglementen aangepast om een nieuw type speer met een ruw oppervlak uit te sluiten.[2] Bij de vrouwen is het model in 1999 gewijzigd. De oude modellen, zowel bij de mannen als bij de vrouwen, hadden steeds betere aerodynamische eigenschappen waardoor ze verder vlogen, maar waardoor het ook steeds vaker gebeurde dat er onenigheid ontstond over de geldigheid van de worp: raakte de punt nu wel of niet als eerste de grond?

Techniek

Persoonlijk record van Elliott Thijssen
  • De andere drie werponderdelen binnen de atletiek (kogelstoten, discuswerpen en kogelslingeren) zijn rotatieworpen: de werp(st)er staat in een ring van beperkte doorsnee en al draaiend wordt snelheid aan het werptuig gegeven. Bij speerwerpen daarentegen wordt in een rechte lijn aangelopen. De speer moet vóór het eind van de aanloop afgeworpen worden en bovendien mag de werper zelf de afwerplijn niet passeren. Dit maakt dat de techniek van het speerwerpen totaal anders is dan bij de andere werponderdelen. De kunst is om de krachtigst mogelijke afworp te combineren met de snelst mogelijke aanloop waarbij ook nog in zo kort mogelijke tijd tot stilstand gekomen moet worden – een biomechanisch interessante puzzel. Er komt dan nog bij dat de speer nauwkeurig onder de goede hoek geworpen moet worden omdat dan de vluchteigenschappen van de speer het best benut worden.
  • Bij het eerste deel van de aanloop wordt de speer meestal horizontaal gehouden met de hand naast het hoofd. De manier van lopen is erg persoonlijk en is niet wezenlijk voor de prestatie, van belang is slechts dat precies die snelheid bereikt wordt waar de beste afworp mee gedaan kan worden. Een pas of vijf vóór de afworp wordt de speer naar achteren gebracht: de schoudergordel komt nu evenwijdig aan de looprichting te staan en het bekken ook bijna, de speer wordt op ongeveer kruinhoogte met gestrekte arm vastgehouden, waarbij de speer vlak langs het hoofd naar voren wijst. Door de dwarse houding van schouders en bekken worden de laatste passen tot 'kruispassen': als het rechterbeen (bij rechtshandigen) naar voren beweegt passeert het het linkerbeen en zijn de benen gekruist; de actie van het linkerbeen lijkt op 'pootje-over' bij schaatsen, de voet staat vrijwel dwars op de looprichting. De voet van het rechterbeen wordt soms ook bijna dwars op de looprichting geplaatst maar de voet in de looprichting plaatsen komt ook voor (Jan Železný) zodat de rechtervoet juist dwars op de normale looppositie staat.
  • De laatste maal dat het linkerbeen afzet ontstaat de 'banaan'. Het bovenste fotootje toont zowel het kruisen van de benen als de banaan: de linkerheup leidt de beweging, het linkerbeen wijst met een krachtige afzet naar achteren en de romp helt ook een tikkeltje naar achteren (bij oude technieken veel meer). Deze 'banaan' van hoofd naar heup naar afzetvoet leidt tot spanning op de linkerzij waardoor het linkerbaan na de afzet des te sneller naar voren kan gaan. (Het voorspanningsprincipe komt in alle technieken van de atletiek naar voren: een spier eerst rekken (de verkeerde kant op), leidt ertoe dat hij vervolgens sneller kan bewegen.) Het linkerbeen passeert dan snel het rechterbeen en landt kort nadat het rechterbeen voor de laatste maal geland is. Het rechterbeen landt ongeveer recht onder het zwaartepunt terwijl het linkerbeen een stuk vóór het lichaam geplaatst wordt. Bij een goede techniek is dat been geheel gestrekt, waardoor de linkerheup gefixeerd wordt. Die heup kan alleen nog maar als een polsstok schuin omhoog gaan.
  • De plaatsing van het linkerbeen voor het lichaam leidt ertoe dat de werper sterk geremd wordt, maar er moet voor gezorgd worden dat de bewegingsenergie van de werper overgedragen wordt op de speer. Dit wordt bereikt door de rechterkant van de romp snel naar voren te bewegen, of beter gezegd: te laten bewegen, want het lijf had al snelheid van de aanloop. Na plaatsing van het linkerbeen kan de rechterkant van de romp de linkerkant inhalen; de draaias van deze beweging loopt van linkerheup naar linkerschouder (die schouder beweegt nauwelijks ten opzichte van de heup, zie de foto's). Intussen blijft de werparm zo lang mogelijk naar achteren wijzen, waardoor de 'spanboog' kan ontstaan: de lijn van linkerheup naar rechterschouder naar hand vormt een boog die zo gekromd mogelijk moet zijn. Deze spanboog bevat veel voorspanning. Bovendien is er spanning/torsie in de romp: de rechterheup is naar voren gebracht terwijl de schoudergordel zo lang mogelijk haaks op de looprichting blijft. Zie het tweede fotootje. Al deze voorspanning wordt gebruikt om ten slotte de speer echt af te werpen. De werparm is daarbij zo gestrekt mogelijk en de speer wordt losgelaten als de arm de schouder passeert, zoals het derde fotootje laat zien, waar de speer net de hand van de werper heeft verlaten. De afwerpsnelheid van de speer is bij goede werpers iets boven de 30 m/sec, bij goede werpsters iets eronder.
  • Ten slotte moet nog geremd worden. Als het linkerbeen goed geplaatst was, is veel voorwaartse snelheid al verdwenen en wat overblijft is een beetje verticale snelheid (en de grote snelheid van de speer natuurlijk). Sommige werpers schieten daardoor voorwaarts omhoog en landen op beide handen, vlak vóór de afwerplijn. De meeste werp(st)ers maken een heel grote pas en eventueel nog een of twee kleine pasjes om tot stilstand te komen.
  • Techniekvarianten. Werparm: bij aanvang van de afworp kan de werparm recht naar achteren wijzen of naar linksachter, in dat laatste geval is de romp sterker geroteerd en wordt het speerwerpen meer een rotatieworp (wereldrecordhouder Jan Železný deed dat). Elleboog: bij het inzetten van de worp buigt de elleboog bij sommigen slechts licht, bij anderen tot ongeveer haaks; dat laatste leidt eerder tot elleboogblessures. Schouderas: op het moment van afwerpen kan de werparm geheel in het verlengde van de schouderas liggen, iets daarboven (Steffi Nerius bijvoorbeeld) of er net iets onder (Železný).

Records

Het wereldrecord voor mannen werd op 25 mei 1996 geworpen door Jan Železný. Hij wierp een afstand van 98,48 meter in Jena (Duitsland). Het wereldrecord voor de vrouwen werd op 13 september 2008 geworpen door Barbora Špotáková. Ze wierp een afstand van 72,28 meter in Stuttgart (Duitsland).

Top tien aller tijden

Mannen

  • uitgaande van het model dat vanaf 1986 voorgeschreven is
Rang Afstand Naam Land Geboren Datum Plaats
1 98,48 mJan Železný CZE16 juni 196625 mei 1996Jena
2 94,44 mJohannes Vetter GER26 maart 199311 juli 2017Luzern
3 93,90 mThomas Röhler GER30 september 19915 mei 2017Doha
4 93,09 mAki Parviainen FIN26 oktober 197426 juni 1999Kuortane
5 92,72 mJulius Yego KEN4 januari 198226 augustus 2015Peking
6 92,61 mSergej Makarov RUS19 maart 197330 juni 2002Sheffield
7 92,60 mRaymond Hecht GER11 november 196821 juli 1995Oslo
8 92,06 mAndreas Hofmann GER16 december 19912 juni 2018Offenburg
9 91,69 mKonstantínos Gatsioúdis GRE17 december 197324 juni 2000Kuortane
10 91,59 mAndreas Thorkildsen NOR1 april 19822 juni 2006Oslo

Bijgewerkt: 21 augustus 2019

Vrouwen

  • uitgaande van het model dat vanaf 1999 voorgeschreven is
Rang Afstand Naam Land Geboren Datum Plaats
1 72,28 mBarbora Špotáková CZE30 juni 198113 september 2008Stuttgart
2 71,99 mMaria Abakoemova RUS15 januari 19862 september 2011Daegu
3 71,70 mOsleidys Menéndez CUB14 november 197914 augustus 2005Helsinki
4 70,20 mChristina Obergföll GER22 augustus 198123 juni 2007München
5 69,48 mTrine Hattestad NOR18 april 196628 juli 2000Oslo
6 69,35 mSunette Viljoen RSA6 oktober 19839 juni 2012New York
7 68,92 mKathryn Mitchell AUS10 juli 198211 april 2018Gold Coast
8 68,43 mSara Kolak CRO22 juni 19956 juli 2017Lausanne
9 68,34 mSteffi Nerius GER1 juli 197231 augustus 2008Elstal
10 67,98 mLyu Huihui CHN26 juni 19892 augustus 2019Shenyang

Bijgewerkt: 21 augustus 2019

Continentale records

Continent Geslacht Prestatie Atleet Land Datum Plaats
Afrika M 92,72 Julius Yego  KEN 26 augustus 2015 Peking
V 69,35 Sunette Viljoen  RSA 9 juni 2012 New York
Noord- en
Midden-Amerika
M 91,29 Breaux Greer  USA 21 juni 2007 Indianapolis
V 71,70 Osleidys Menéndez  CUB 14 augustus 2005 Helsinki
Zuid-Amerika M 84,70 Edgar Baumann  PAR 17 oktober 1999 San Marcos
V 63,84 Flor Ruiz  COL 25 juli 2016 Cali
Azië M 91,36 Cheng Chao-Tsun  TPE 26 augustus 2017 Taipei
V 67,98 Lyu Huihui  CHN 2 augustus 2019 Shenyang
Europa M 98,48 (WR) Jan Železný  CZE 25 mei 1996 Jena
V 72,28 (WR) Barbora Špotáková  CZE 13 september 2008 Stuttgart
Oceanië M 89,02 Jarrod Bannister  AUS 29 februari 2008 Brisbane
V 68,92 Kathryn Mitchell  AUS 11 april 2018 Gold Coast

Bijgewerkt: 21 augustus 2019

Wereldrecordontwikkeling

Mannen

Afstand (m) Naam Land Datum Plaats
Oude speer (voor 1986)
62,32Eric Lemming SWE29.09.1912Stockholm
66,10Jonni Myyrä FIN24.08.1919Stockholm
66,62Gunnar Lindström SWE12.12.1924Eksjö
69,88Eino Penttilä FIN01.10.1927Vyborg
71,01Erik Lundqvist SWE15.08.1928Stockholm
71,57Matti Järvinen FIN08.08.1930Vyborg
71,70Matti Järvinen FIN17.08.1930Tampere
71,88Matti Järvinen FIN31.08.1930Vaasa
72,93Matti Järvinen FIN14.09.1930Vyborg
74,02Matti Järvinen FIN27.06.1932Turku
74,28Matti Järvinen FIN25.05.1933Mikkeli
74,61Matti Järvinen FIN07.06.1933Vaasa
76,10Matti Järvinen FIN15.07.1933Helsinki
76,66Matti Järvinen FIN07.09.1933Turijn
77,23Matti Järvinen FIN18.06.1934Helsinki
77,87Yrjö Nikkanen FIN25.08.1938Karhula
78,70Yrjö Nikkanen FIN16.10.1938Kotka
80,41Bud Held USA08.08.1953Pasadena
81,75Bud Held USA21.05.1955Modesto
83,56Soini Nikkinen FIN24.06.1956Kuhmoinen
83,66Janusz Sidlo POL30.06.1956Milaan
85,71Egil Danielsen NOR26.11.1956Melbourne
86,04Al Cantello USA05.06.1959Compton
86,74Carlo Lievore ITA01.06.1961Milaan
87,12Terje Pedersen NOR01.07.1964Oslo
91,72Terje Pedersen NOR02.09.1964Oslo
91,98Jānis Lūsis URS23.07.1968Saarijärvi
92,70Jorma Kinnunen FIN18.06.1969Tampere
93,80Jānis Lūsis URS06.07.1972Stockholm
94,08Klaus Wolfermann FRG05.05.1973Leverkusen
94,58Miklós Németh HUN26.07.1976Montreal
96,72Ferenc Paragi HUN23.04.1980Tata
99,72Tom Petranoff USA15.05.1983Los Angeles
104,80Uwe Hohn GDR20.07.1984Berlijn
Nieuwe speer (vanaf 1986)
85,74Klaus Tafelmeier FRG20.09.1986Como
87,66Jan Železný TCH31.05.1987Nitra
89,10Patrik Bodén SWE24.03.1990Austin
89,58Steve Backley GBR02.07.1990Stockholm
91,46Steve Backley GBR25.01.1992Auckland
95,54Jan Železný CZE06.04.1993Sint-Petersburg
95,66Jan Železný CZE29.08.1993Sheffield
98,48Jan Železný CZE25.05.1996Jena

Vrouwen

Afstand (m) Naam Land Datum Plaats
Oude speer (voor 1999)
25,01[3]Božena Šrámková TCH06.08.1922Praag
25,325[3]Božena Šrámková TCH13.08.1922Praag
27,24[3]Marie Janderová TCH25.05.1924Ostrava
37,575[3]Guschi Hargus GER12.06.1927Berlijn
38,39[3]Guschi Hargus GER18.08.1928Berlijn
40,27[3]Ellen Braumüller GER12.07.1930Berlijn
42,28[3]Elisabeth Schumann GER02.08.1931Maagdenburg
44,64[3]Elisabeth Schumann GER12.06.1932Berlijn
46,745Nan Gindele USA18.06.1932Chicago
47,24Annelie Steinheuer GER21.06.1942Frankfurt am Main
48,21Herma Bauma AUT29.06.1947Wenen
48,63Herma Bauma AUT12.09.1948Wenen
49,59Natalja Smirnizkaja URS25.07.1949Moskou
53,41Natalja Smirnizkaja URS05.08.1949Moskou
53,56Nadeschda Konjajeva URS05.02.1954Leningrad
55,11Nadeschda Konjajeva URS22.05.1954Kiev
55,48Nadeschda Konjajeva URS06.08.1954Kiev
55,73Dana Zátopková TCH01.06.1958Praag
57,40Anna Pazera AUS24.07.1958Cardiff
57,49Birute Zalogaityte-Kalediene URS30.10.1958Tbilisi
57,92Elvīra Ozoliŋa URS03.05.1960Leselidse
59,55Elvīra Ozoliŋa URS04.06.1960Boekarest
59,78Elvīra Ozoliŋa URS03.07.1963Moskou
62,40Jelena Gortsjakova URS16.10.1964Tokio
62,70Ewa Gryziecka POL11.06.1972Boekarest
65,06Ruth Fuchs GDR11.06.1972Potsdam
66,11Ruth Fuchs GDR07.09.1973Edinburgh
67,22Ruth Fuchs GDR03.10.1974Rome
69,12Ruth Fuchs GDR10.07.1976Berlijn
69,32Kate Schmidt USA11.09.1977Fürth
69,52Ruth Fuchs GDR13.06.1979Dresden
69,96Ruth Fuchs GDR29.04.1980Split
70,80Tatjana Birjulina URS12.07.1980Podolsk
71,88Antoaneta Todorova BUL15.08.1981Zagreb
72,40Tiina Lillak FIN29.07.1982Helsinki
74,20Sofia Sakorafa GRE26.09.1982Chania
74,76Tiina Lillak FIN13.06.1983Tampere
75,26Petra Felke GDR04.06.1985Schwerin
75,40Petra Felke GDR04.06.1985Schwerin
77,44Fatima Whitbread GBR28.08.1986Stuttgart
78,90Petra Felke GDR29.07.1987Leipzig
80,00Petra Felke-Meier GDR09.09.1988Potsdam
Nieuwe speer (vanaf 1999)
68,19[4]Trine Hattestad NOR28.07.1999Fana
68,22[4]Trine Hattestad NOR30.06.2000Rome
69,48[4]Trine Hattestad NOR28.07.2000Oslo
71,54Osleidys Menéndez CUB01.07.2001Rethimnon
71,70Osleidys Menéndez CUB14.08.2005Helsinki
72,28Barbora Špotáková CZE13.09.2008Stuttgart

Speerwerpen op de Olympische Spelen

Speerwerpen staat al sinds 1908 op de kalender van de Olympische Zomerspelen. Op die spelen van Londen werd er nog een onderscheid gemaakt tussen de middengroep en de vrije stijl. In 1912, Stockholm was er een algemene competitie en daarnaast een gecombineerde wedstrijd waar zowel links als rechtshandig moest worden geworpen. Vanaf de Spelen van 1920 in Antwerpen werd dit echter afgeschaft. In 1932 werd er ook voor het eerst een Olympische competitie voor vrouwen georganiseerd.

Mannen

Jaar Goud Zilver Brons
1908 SWE Eric Lemming NOR Arne Halse SWE Otto Nilsson
1912 SWE Eric Lemming FIN Juho Saaristo HUN Mór Kóczán
1920 FIN Jonni Myyrä FIN Urho Peltonen FIN Pekka Johansson
1924 FIN Jonni Myyrä SWE Gunnar Lindström USA Eugene Oberst
1928 SWE Erik Lundqvist HUN Béla Szepes NOR Olav Sunde
1932 FIN Matti Järvinen FIN Matti Sippala FIN Eino Penttilä
1936 GER Gerhard Stöck FIN Yrjö Nikkanen FIN Kalervo Toivonen
1948 FIN Tapio Rautavaara USA Steve Seymour HUN József Várszegi
1952 USA Cyrus Young USA Bill Miller FIN Toivo Hyytiäinen
1956 NOR Egil Danielsen POL Janusz Sidło URS Viktor Tsyboelenko
1960 URS Viktor Tsyboelenko GER Walter Krüger HUN Gergely Kulcsár
1964 FIN Pauli Nevala HUN Gergely Kulcsár URS Jānis Lūsis
1968 URS Jānis Lūsis FIN Jorma Kinnunen HUN Gergely Kulcsár
1972 FRG Klaus Wolfermann URS Jānis Lūsis USA Bill Schmidt
1976 HUN Miklós Németh FIN Hannu Siitonen ROU Gheorghe Megelea
1980 URS Dainis Kūla URS Alexander Makarov GDR Wolfgang Hanisch
1984 FIN Arto Härkönen GBR Dave Ottley SWE Kenth Eldebrink
1988 FIN Tapio Korjus TCH Jan Železný FIN Seppo Räty
1992 CZE Jan Železný FIN Seppo Räty GBR Steve Backley
1996 CZE Jan Železný GBR Steve Backley FIN Seppo Räty
2000 CZE Jan Železný GBR Steve Backley RUS Sergej Makarov
2004 NOR Andreas Thorkildsen LAT Vadims Vasiļevskis RUS Sergej Makarov
2008 NOR Andreas Thorkildsen LAT Ainars Kovals FIN Tero Pitkämäki
2012 TRI Keshorn Walcott UKR Oleksandr Pjatnytsja FIN Antti Ruuskanen

Vrouwen

Olympia Goud Zilver Brons
1932 USA Babe Zaharias GER Ellen Braumüller GER Tilly Fleischer
1936 GER Tilly Fleischer GER Luise Krüger POL Maria Kwaśniewska
1948 AUT Herma Bauma FIN Kaisa Parviainen DEN Lily Carlstedt
1952 TCH Dana Zátopková URS Aleksandra Tsjoedina URS Jelena Gortsjakova
1956 URS Inese Jaunzeme CHI Marlene Ahrens URS Nadesjda Konjajeva
1960 URS Elvīra Ozoliŋa TCH Dana Zátopková URS Birutė Zalogaitytė-Kaledienė
1964 ROU Mihaela Peneş HUN Márta Rudas URS Jelena Gortsjakova
1968 HUN Angéla Németh ROU Mihaela Peneş AUT Eva Janko
1972 GDR Ruth Fuchs GDR Jacqueline Todten USA Kate Schmidt
1976 GDR Ruth Fuchs FRG Marion Becker USA Kate Schmidt
1980 CUB María Colón URS Saida Gunb GDR Ute Hommola
1984 GBR Tessa Sanderson FIN Tiina Lillak GBR Fatima Whitbread
1988 GDR Petra Felke GBR Fatima Whitbread GDR Beate Koch
1992 GER Silke Renk EUN Natalja Sjikolenko GER Karen Forkel
1996 FIN Heli Rantanen AUS Louise McPaul NOR Trine Hattestad
2000 NOR Trine Hattestad GRE Mirela Maniani CUB Osleidys Menéndez
2004 CUB Osleidys Menéndez GER Steffi Nerius GRE Mirela Maniani
2008 CZE Barbora Špotáková RUS Maria Abakoemova GER Christina Obergföll
2012 CZE Barbora Špotáková GER Christina Obergföll GER Linda Stahl
2016 CRO Sara Kolak RSA Sunette Viljoen CZE Barbora Špotáková
Zie de categorie Javelin throw van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.