Sluizen van IJmuiden

De Sluizen van IJmuiden vormen bij IJmuiden de verbinding tussen het Noordzeekanaal en de Noordzee.

Sluizen van IJmuiden
Sluizencomplex gezien vanuit het westen met IJmuiden rechts en de Hoogovens en staalfabrieken links
Algemene gegevens
LocatieIJmuiden
Waterweg(en)Noordzeekanaal
BeheerderRijkswaterstaat
Portaal    Verkeer & Vervoer
Nieuwe Zeesluis (projectnaam)
Algemene gegevens
Lengte500 m
Breedte70 m
Diepte18 m
Bouw
Bouwperiode2016 - 2021
Openingjanuari 2022
Bouwkosten€ 848.000.000
Portaal    Verkeer & Vervoer
Noordersluis
Algemene gegevens
Lengte400 m
Breedte50 m
Diepte15 m
Bouw
Opening1929
Bouwkostenƒ 20.000.000
Portaal    Verkeer & Vervoer
Middensluis
Algemene gegevens
Lengte225 m
Breedte25 m
Diepte10 m
Bouw
Opening1896
Bouwkostenƒ 5.800.000
Portaal    Verkeer & Vervoer
Kleine sluis en Zuidersluis
Algemene gegevens
Lengte69/ 120 m
Breedte12/ 18 m
Diepte5/ 8 m
Bouw
Opening1876
Bouwkostenƒ 1.530.000
Portaal    Verkeer & Vervoer
De Zuidersluis komende vanaf zee. Dit is het oudste deel van dit sluizencomplex en wordt vooral gebruikt voor pleziervaart en kleinere beroepsvaart
Satellietfoto IJmuiden met daarop duidelijk zichtbaar het sluizencomplex

Het sluizencomplex bestaat uit de Zuidersluis uit 1876, de Middensluis uit 1896, de Noordersluis uit 1929, de Spuisluis uit 1940, en het Gemaal uit 1975. Ten westen van de sluizen ligt het Forteiland, onderdeel van de Stelling van Amsterdam. Op een landtong ligt het platform IJmuiden Heliport.

De aanleg van de sluizen

Al bij het maken van de plannen voor het kanaal werd een uitgebreide discussie gevoerd over de soort en de afmetingen van de sluizen bij IJmuiden. De haven van Amsterdam wilde een zo groot mogelijke sluis terwijl de rijksoverheid, die veelal de rekening betaalde, er voorzichtiger mee was. De schepen werden groter en groter en zodra de sluizen gereed waren startte al snel een discussie over nieuwe en nog grotere sluizen.

Kleine sluis en Zuidersluis

In 1852 had het gemeentebestuur van Amsterdam een commissie benoemd om een kanaal tussen de stad en de Noordzee te onderzoeken. Deze commissie adviseerde de aanleg van twee schutsluizen en een uitwateringsluis. In dit plan kreeg de kleine sluis een afmeting van 10 meter breed en een drempeldiepte van 5 meter beneden Normaal Amsterdams Peil (NAP). Voor de grote schutsluis waren de afmetingen 17 meter en 6,75 meter beneden NAP. Beiden waren ontworpen als dubbelkerende zeesluis voorzien van puntdeuren. Deze constructie maakte het mogelijk de sluizen bij vloed en eb te gebruiken.[1]

Het uiteindelijke resultaat leek veel op dit plan met uitzondering van de afmetingen van de sluizen. In 1859 kwam de Raad voor de Waterstaat met een plan om de grote sluis 140 meter lang, 18 meter breed en 7,75 meter diep te maken. Voor de kleine sluis waren de corresponderende afmetingen 70 meter, 12 meter en 5 meter. De meeste schepen van die tijd konden de grote sluis zonder veel problemen passeren. In 1868 werd uiteindelijk de lengte van de grote sluis teruggebracht tot 120 meter. In het bestek stond ook vermeld dat het sluiscomplex op 1 augustus 1876 gereed moest zijn.[2]

De graafwerkzaamheden werden in het voorjaar van 1871 voltooid en de sluizen in het najaar van 1872. De muren van de sluis waren gemetseld, de vloeddeuren van smeedijzer en de ebdeuren van grenenhout. De aannemer kreeg een premie van 100.000 gulden als het werk aan de sluizen in 1872 afgerond zou zijn. Dit was dus geslaagd. De sluizen werden in eerste instantie vooral gebruikt voor de uitwatering van IJ-water en het schutten van baggermaterieel. Pas op 1 november 1876 werd het complex door Koning Willem III der Nederlanden officieel geopend. De totale bouwkosten, inclusief de premie, bedroegen 1.530.000 gulden.[3]

Fort bij IJmuiden

De aanleg van deze sluizen had ook militaire gevolgen. In 1874 was de Vestingwet aangenomen en de aanleg van een kringstelling om Amsterdam was hiervan een onderdeel. Een kustfort bij IJmuiden was noodzakelijk om te sluizen te beschermen die:

  • een belangrijke rol speelden voor de inlaat van water voor de inundatie;
  • de mogelijkheid bood contact te houden met overzeese bondgenoten. De stelling was een laatste toevluchtsoord voor het Nederlandse leger en met buitenlandse hulp, aangevoerd via het Noordzeekanaal, kon men later de vijand uit het land verdrijven.

De bouw van het fort duurde van 1880 tot 1887 en werd gelegen aan de noordkant van het Noordzeekanaal, tussen de sluizen en de Noordzeekust. Aan de zeezijde was het fort uitgerust met een zware pantserbatterij, waarachter vijf kanonnen met een kaliber van 24 centimeter stonden opgesteld.

Bij de aanleg van de Noordersluis in 1929 was een nieuw toeleidingskanaal noodzakelijk. Deze werd ten noorden van het fort gegraven waardoor het fort op een eiland kwam te liggen.[4]

Middensluis

Na de officiële opening werd al snel duidelijk dat de Zuidersluis te krap bemeten was. Schepen met een lengte van 150 meter en meer kwamen in de vaart en deze pasten niet in de Zuidersluis. Verder voldeed het gemaal aan de andere kant van het kanaal, bij Schellingwoude, niet. Tijdens het spuien konden de twee sluizen niet gebruikt worden voor de scheepvaart en dit reduceerde de capaciteit nog meer. In 1885, nog geen 10 jaar na de opening, werd een eerste ontwerp voor een derde en grotere sluis ingediend. Dit plan voorzag in een schutsluis van 205 meter lang, 25 meter breed en 8,50 meter beneden NAP diep. Op 31 mei 1887 keurde de regering de bouw goed. Wijzer geworden van de eerste ervaring, besloot men de lengte op te rekken tot 225 meter en de diepte, na felle discussies, op 10,0 meter te brengen.[5]

In 1887 had men al aan particulieren de mogelijkheid geopend om kosteloos zand weg te halen op de plaats van de toekomstige sluis. Om de schepen niet te veel bloot te stellen aan een zware zeedeining werd de sluis 470 meter meer landinwaarts aangelegd, ten noordoosten van de bestaande twee sluizen. Een jaar later namen de aannemers het werk over. Een dikke bodem van 2,5 meter beton werd gestort in het najaar van 1891. Na het uitharden, kon in mei 1892 het metselen van de sluismuren starten. Tegenslag tijdens de bouw vertraagde de werkzaamheden en pas in 1895 was het metselwerk klaar. De sluisdeuren werden in 1893 al geplaatst; men overwoog roldeuren maar uiteindelijk viel de keuze op puntdeuren. Elk sluishoofd kreeg een stel vloed- en ebdeuren. De deuren werden handmatig geopend en gesloten. In mei 1895 was de sluis klaar, maar er was vertraging opgetreden bij het baggeren van het toeleidingskanaal. Op 12 december 1896 werd de sluis officieel in dienst gesteld door het schutten van het stoomschip Koningin Wilhelmina van de Stoomvaart Maatschappij Nederland. In 1899 waren alle werkzaamheden voltooid. De sluis heeft 5,8 miljoen gulden gekost en was tot de opening van de sluizen van het Panamakanaal in 1913 de grootste ter wereld. De naam Middensluis kwam pas in gebruik na de opening van de Noordersluis in 1930, voor die tijd was het de Groote Sluis.[6]

Hoogovens en Staalfabrieken

Staalfabrieken te IJmuiden en uiterst rechts het begin van het sluizencomplex en Noordzeekanaal

Op 20 september 1918 werd de Koninklijke Nederlandsche Hoogovens en Staalfabrieken NV opgericht met het doel ijzer en staal in Nederland te produceren. Na veel discussie over de juiste locatie werd uiteindelijk de voorkeur gegeven aan IJmuiden boven Rotterdam. De ligging aan het kanaal maakt immers de aanvoer van grondstoffen en de afvoer van eindproducten zeer goed mogelijk. In november 1918 werden enkele honderden hectaren duin- en bosgrond aangekocht direct ten noorden van de sluizen aan het Noordzeekanaal. In september 1919 begon men met de aanleg van een haven voor de aanvoer van steenkool en ijzererts. Om deze haven te bereiken was het niet nodig de sluizen te passeren. Weer een jaar later startte de bouw van een cokesfabriek en twee hoogovens, voldoende voor een productie van 200.000 ruwijzer per jaar. Medio 1923 was de bouw afgerond. De eerste 4.000 ton Zweeds ijzererts werd gelost op 6 september 1923 en op 22 januari 1924 werd Hoogoven nummer 1 aangestoken en het eerste ijzer geproduceerd.[7] De staalfabrieken aan het Noordzeekanaal, in de loop der jaren sterk uitgebreid, zijn nog steeds in volle productie en jaarlijks wordt circa 15 miljoen ton ijzererts en steenkool verwerkt tot staalproducten. De haven maakt deel uit van de regio Zeehavens Amsterdam, een verzameling van vier havens allen gelegen aan het Noordzeekanaal.

Noordersluis

De Middensluis voldeed al spoedig niet meer aan de eisen van de moderne scheepvaart, met zijn steeds groter wordende schepen. Vanaf 1909 werd al gezocht naar oplossingen om voor grotere schepen de vaart naar Amsterdam mogelijk te maken. In 1921 werd besloten tot de bouw van de Noordersluis, welke in 1928 gereed kwam. Dit was toen - wederom - de grootste schutsluis ter wereld met een afmeting van 400 meter lang, 50 meter breed en 15 meter diep. Het buitenfront van deze sluis kwam weer 680 meter verder landinwaarts te liggen, mede om de toegang tot de haven van de Hoogovens niet te hinderen.

Om grote schepen komend vanuit zee zonder veel hinder voor de sluis te krijgen werd besloten een nieuw toeleidingskanaal te graven; het fort kwam daarmee op een eiland te liggen. Voor het afsluiten van de sluis werd voor roldeuren gekozen. De drie deuren kregen elk een lengte van 53,5 meter, waren 7,3 meter breed en 20 meter hoog. Vanwege het hoge totale gewicht van circa 1.175 ton werden de deuren vanuit Rotterdam over zee naar IJmuiden versleept. De eerste deur kwam daar in 1927 aan.[8] Op 29 april 1930 was de officiële opening van de sluis door Koningin Wilhelmina. De kosten bedroegen 20 miljoen gulden en de Noordersluis was daarmee 50% duurder dan begroot. Pas vanaf 1960 kon de sluis optimaal worden gebruikt nadat het Noordzeekanaal was verdiept en verbreed.

Bouw Nieuwe Zeesluis

Jarenlang was de Noordersluis de grootste schutsluis van Nederland en Europa. Door de toename van de afmetingen van de schepen is deze sluis inmiddels een knelpunt geworden voor de scheepvaart naar de Haven van Amsterdam. De gemeente Amsterdam, Rijkswaterstaat, de provincie Noord-Holland en Havenbedrijf Amsterdam NV zijn gaan samenwerken voor een nieuwe, nog grotere, vierde zeesluis om ruimte te bieden voor het groeiende scheepvaartverkeer. De nieuwe sluis wordt aangelegd tussen de Noorder- en Middensluis. Het gewenste jaar van de opening van deze sluis is in 2019; de afmetingen van de sluis worden 500 meter lang, 70 meter breed en 18 meter diep.[9] De zeesluis wordt hiermee iets groter dan de Kieldrechtsluis in de Haven van Antwerpen die op 10 juni 2016 in gebruik werd genomen.[10]

In juni 2012 maakte Minister Melanie Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu bekend dat het onderzoek naar de nieuwe sluis afgerond is en dat een zeesluis met eerder genoemde afmetingen haalbaar, betaalbaar en inpasbaar is.[11] De nieuwe zeesluis komt tussen de bestaande Noorder- en de Middensluis te liggen en zal met traditionele rechte roldeuren worden uitgevoerd. De bovenkant van de Velserverkeerstunnel (inclusief beschermschil) op het diepste punt van het verticaal trace is gelegen op NAP-17,34 m. Die van de spoortunnel op NAP-16,38 m. De nieuwe sluis wordt zo'n 18 meter diep. De maximale diepgang op het Noordzeekanaal en in de sluizen is 13,72 meter of 45 voet (gemeten in zout water)[12] Door de nieuwe zeesluis dieper te maken dan de Noordersluis heeft de scheepvaart minder of geen last van laagwater. Dit vermindert de wachttijd. De bodemdiepte (15,5 meter onder NAP) en ook de maximale diepgang van schepen op het Noordzeekanaal veranderen niet. De oplevering is wel verschoven van 2016 naar eerst 2019 en dan 2022 al zijn waarschijnlijk proefvaarten mogelijk in 2021. Na de ingebruikneming van deze nieuwe sluis wordt de Noordersluis buiten bedrijf gesteld en eventueel ingezet bij onderhoud en calamiteiten.

De totale kosten werden begroot op € 848 miljoen.[13] Het Rijk, de provincie Noord-Holland en de Gemeente Amsterdam zullen allen financieel bijdragen aan het project, maar ongeveer 65% zal door het Rijk worden betaald. In juli 2015 maakte Rijkswaterstaat het voornemen tot gunning aan het consortium OpenIJ, dat bestaat uit een samenwerking van BAM, VolkerWessels en DIF.[9] In oktober 2015 kwam ook de financiering rond. Het consortium krijgt, boven op een deel eigen vermogen, een lening van de Europese Investeringsbank en een consortium van banken.[14] In september 2016 kwamen de kosten voor de nieuwe zeesluis € 93 miljoen lager uit dan eerder verwacht.[15] Dit kostenvoordeel kwam door enkele aanpassingen, die ook de bouwtijd verkorten. De sluisdeuren zijn identiek waardoor er maar één reservedeur nodig is in plaats van twee en het water stroomt door de sluisdeuren en niet door omloopriolen naast de sluis.[15] Op 7 september 2016 heeft minister Schultz het officiële startsein voor de bouw gegeven.[16]

In december 2017 werd tegenslag bij de bouw bekend gemaakt. De ontworpen constructie voor de caissons, waarop de deurkassen voor de roldeuren gebouwd worden, is bij nader inzien niet stevig genoeg. Bij het afzinken kunnen de betonnen bakken vervormen. De bouwers moeten een alternatieve methode hanteren die meer geld en tijd vergt. De fout kost beide bouwbedrijven, BAM en VolkerWessels, ieder 69 miljoen euro en de oplevering wordt vertraagd.[17][18] In april 2018 is het Zuid-Koreaanse bedrijf dat werkt aan de deuren van de nieuwe sluis in financiële problemen gekomen, maar de bouwers verwachten geen uitstel van de oplevering van de sluis. Alle elementen van de 72 meter lange deuren zijn klaar en ze worden op een andere locatie aan elkaar gelast. De bouwcombinatie is eigenaar van alle deurelementen waardoor deze niet in de failliete boedel kunnen opgaan.[19]

Op 3 juli 2018 maakte Rijkswaterstaat bekend dat de bouw een vertraging heeft opgelopen van 27 maanden. Daarom zal de sluis pas in januari 2022 voor de scheepvaart geopend worden.[20]

In de zomer van 2019 hebben de aannemers de tweede deurkas voor de sluisdeuren afgezonken.[21] Deze is 81 meter lang, 55 m breed en 28 m hoog en weegt 150.000 ton.[21] In deze deurkas rolt de sluisdeur aan de kanaalzijde in en uit en biedt tevens plaats voor de reservedeur. In 2018 was al de eerste en kleinere deurkas geplaatst aan de zeezijde die een afmeting heeft van 80 meter lang, 26 m breed en 24,5 m hoog.[21]

Afmetingen van de sluizen

Hieronder een overzicht van de sluizen van het Noordzeekanaal met de afmetingen. Ter vergelijking zijn ook de Willem I sluis (van het Noordhollandsch Kanaal), de Antwerpse Berendrechtsluis en Kieldrechtsluis en de sluizen van het Panamakanaal opgenomen.

Naam sluis Jaar
ingebruikname
Lengte
(in m)
Breedte
(in m)
Diepte
(in m)
Kleine sluis187669125
Zuidersluis1876120188
Middensluis18962252510
Noordersluis19294005015
Nieuwe sluis20225007018[9]
Willem I sluis182665155
Panamakanaal191430433,512
Berendrechtsluis19895006813
Kieldrechtsluis20165006818

Spuisluis en Gemaal

De spuisluis en het gemaal vanuit de lucht gezien.

In 1945 werd het huidige spuicomplex in gebruik genomen met een capaciteit van 700 kubieke meter per seconde. In 1975 werd naast het spuicomplex ook een gemaal in gebruik genomen. De belangstelling voor natuur en milieu nam toe en men wilde niet langer het brakke water van het Noordzeekanaal lozen op het Markermeer. Het gemaal telde vier pompen met een capaciteit van 160 kubieke meter per seconde; in 2004 zijn er nogmaals twee pompen bijgeplaatst. Het gemaal is het grootste van Europa en vervult een belangrijke rol in de afwatering van een groot deel van Noord- en Zuid-Holland. Per jaar wordt er ongeveer drie miljard kubieke meter water afgevoerd.[22]

Naslagwerk

  • Sluizen en gemalen in het Noordzeekanaal, G.J. Arends, 2001, ISBN 9053451846.
Zie de categorie Sluizen van IJmuiden van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.