Resolutie 1955 Veiligheidsraad Verenigde Naties

Resolutie 1955 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd op 14 december 2010 met unanimiteit aangenomen door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. De resolutie liet drie rechters van het Internationaal Crimineel Tribunaal voor Rwanda toe om ook na de afloop van hun ambtstermijn hun lopende zaken af te werken. Ook kreeg het tribunaal gedurende een jaar toestemming om meer ad litem-rechters aan te stellen dan was voorzien in zijn statuten[1].

Resolutie 1955
Van deVN-Veiligheidsraad
Datum14 december 2010
Nr. vergadering6447
CodeS/RES/1955
Stemming
voor
15
onth.
0
tegen
0
OnderwerpRwanda-tribunaal
BeslissingStond 3 rechters toe na afloop van hun ambtstermijnen hun lopende zaak af te werken.
Stond een tijdelijke verhoging van het aantal ad litem-rechters toe.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 2010
Permanente leden
Niet-permanente leden
 Oostenrijk ·  Bosnië en Herzegovina ·  Brazilië ·  Gabon ·  Japan ·  Libanon ·  Mexico ·  Nigeria ·  Turkije ·  Oeganda
Het Rwanda-tribunaal in Kigali.

Achtergrond

Toen Rwanda een Belgische kolonie was werd de Tutsi-minderheid in het land verheven tot een elite die de grote Hutu-meerderheid wreed onderdrukte. Na de onafhankelijkheid werden de Tutsi verdreven en namen de Hutu de macht over. Het conflict bleef aanslepen en in 1990 vielen Tutsi-milities, verenigd als het FPR, Rwanda binnen. Met westerse steun werden zij echter verdreven. In Rwanda zelf werd de Hutu-bevolking opgehitst tegen de Tutsi. Dat leidde begin 1994 tot de Rwandese genocide. De UNAMIR-vredesmacht kon vanwege een te krap mandaat niet ingrijpen. In 1994 werd het Rwanda-tribunaal opgericht om de daders van de genocide en andere mensenrechtenschendingen die dat jaar in Rwanda hadden plaatsgegrepen te berechten.

Inhoud

Waarnemingen

In 2003 en 2004 was middels de resoluties 1503 en 1534 bepaald dat het Rwanda-tribunaal in 2010 moest worden afgerond. Het tribunaal meldde echter dat dit niet langer haalbaar was en haalde het verlies van ervaren personeel aan. Vier rechters werden overgeplaatst naar de kamer van beroep en één van hen zou het tribunaal verlaten na afloop van zijn lopende zaak.

Handelingen

De Veiligheidsraad besloot dat de rechters Asoka de Silva en Taghrid Hikmat ondanks de afloop van hun ambtstermijn op 31 december 2010 de zaak Ndindiliyimana et al mochten afwerken. De voltooiing van die zaak was voorzien in maart 2011.

Zo ook werd rechter Joseph Masanche toegestaan de zaak Hategekimana af te werken na afloop van zijn ambtstermijn op 31 december. Het einde van die zaak was voorzien in januari 2011.

Verder werd toegestaan dat het aantal ad litem-rechters af en toe het toegestane maximum van negen overschreed tot een maximum van twaalf. Tegen 31 december 2011 moesten het er opnieuw negen zijn.

Ten slotte herhaalde men het belang van voldoende personeel om het werk van het tribunaal aan te kunnen. De VN-lichamen werden aangesproken om dit tekort op te lossen.

Verwante resoluties

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.