Geschiedenis van het Esperanto

Het idee

De kunsttaal Esperanto is samengesteld door Ludovich Zamenhof. De situatie in de stad waar Zamenhof zijn jeugd doorbracht is feitelijk de oorzaak geweest van het ontstaan van Esperanto. Zamenhofs geboorteplaats Białystok ligt namelijk in het noordoosten van Polen. Het oostelijke deel van Polen stond in die jaren onder Russisch gezag. Er woonden Polen, Russen, Joden en Duitsers in Białystok. Ze spraken elk een eigen taal, wat vaak tot onenigheid en zelfs tot straatgevechten leidde. Als kind reeds filosofeerde Zamenhof over een oplossing voor dit probleem. Zijn conclusie was dat er naast die verschillende talen nog een extra taal zou moeten zijn die alle mensen zouden kunnen spreken.

Het eerste ontwerp

Als 14-jarige jongen verhuisde hij met zijn ouders naar Warschau, waar hij het gymnasium bezocht. Als gymnasiast maakte hij een eerste ontwerp voor een taal, die hij 'Lingwe Uniwersala' noemde. Kennismakend met Latijn en Grieks had hij even gedacht dat een van deze talen misschien geschikt zou zijn voor een gemeenschappelijke taal, maar al gauw kwam hij tot de conclusie dat ze daarvoor te moeilijk waren.

Bij zijn ontwerp voor een geheel nieuwe taal ging Zamenhof uit van zo veel mogelijk internationaal bekende woorden en volstrekte regelmaat in de grammatica. Toen op een keer zijn blik viel op enkele uithangborden waarop teksten met gelijke achtervoegsels stonden (zoals ze ook voorkomen in het Nederlands: bakkerij, wasserij enz.) besloot hij dit principe te gebruiken bij zijn woordvorming.

De oorsprong van zeker 60% van de Esperantowoorden is te vinden in de Romaanse talen, ongeveer 30% is afkomstig uit de Germaanse talen en misschien 5% uit de Slavische taalgroep en uit enkele andere talen zoals het Grieks.

Aan het eind van zijn gymnasiumperiode had Zamenhof zijn eerste ontwerp klaar en hij vierde dit feit met klasgenoten die hij bereid gevonden had zijn taal te leren. Van dit eerste taalontwerp zijn helaas maar enkele zinnen bewaard gebleven. Na het eindexamen ging de jonge Zamenhof naar Moskou voor een studie medicijnen. Op verzoek van zijn vader liet hij zijn 'Lingwe Uniwersala' in Polen achter om te voorkomen dat het zijn carrière in de weg zou staan. Bij zijn terugkomst twee jaar later bleek dat zijn vader al zijn papieren had verbrand. Reden daarvoor was de angst dat ze bij een pogrom (een jodenvervolging: de familie van Zamenhof was joods) gevonden zouden worden en als verdacht beschouwd. In Warschau, waar hij zijn studie voortzette, begon Zamenhof aan een nieuw ontwerp te werken. Zijn vroegere ideeën werden nu beter doordacht en hij begon ook in het Esperanto te vertalen.

De eerste publicatie

Nadat Zamenhof zijn doctorstitel in de medicijnen had behaald, ging hij zich specialiseren in de oogheelkunde. Geld om een boek uit te geven bezat hij in die jaren niet. Daarin kwam verandering toen hij Klara Silbernik, zijn toekomstige vrouw, leerde kennen. Haar vader was een zeepfabrikant die geïnteresseerd bleek in de ideeën van zijn toekomstige schoonzoon. Hij gaf zijn dochter een aardige bruidsschat mee, waardoor Zamenhof nog in het jaar van zijn huwelijk (1887) een boekje kon uitgeven ter kennismaking met de door hem ontworpen taal, die hij nu de naam Internacia Lingvo gaf. Als pseudoniem gebruikte Zamenhof: 'D-ro Esperanto'. D-ro is de afkorting voor 'Doktoro' en Esperanto betekent: 'Hij die hoopt'. Later gaven zijn volgelingen de naam Esperanto aan zijn taal. Het boekje, waarvan de eerste druk in het Russisch werd geschreven (maar binnen een paar jaar verschenen er ook Poolse, Duitse en Franse uitgaven), werd toegestuurd aan een aantal journalisten, professoren en artsen in verschillende landen om bekendheid te geven aan het ontwerp.

De inhoud van het eerste boekje bestond uit: een voorwoord, de 16 grammaticale regels van het Esperanto en enkele teksten: 'Patro nia', 'El la biblio', 'Letero'. Verder drie gedichten: 'Mia penso', 'El Heine', 'Ho, mia kor' en een basis-woordenlijst met bijna duizend woorden.

Het ontwerp van Zamenhof werd met enthousiasme begroet. Er bleken in veel landen mensen geïnteresseerd te zijn in de nieuwe taal. Het belang van zo'n taal was al heel lang ingezien, onder anderen door de filosofen Descartes en Leibniz. Van Comenius, een Tsjechisch geleerde en pedagoog (1592-1670), is de uitspraak: 'De wereld heeft behoefte aan een gemeenschappelijke taal, die gemakkelijker is dan alle tot nu toe bekende talen'. Er zijn in de loop der jaren wel 780 ontwerpen gemaakt en nog steeds komen er nieuwe projecten bij.

In 1880 leek aan de vraag naar een bruikbare gemeenschappelijke taal voldaan te worden door de Duitse abt Johann Martin Schleyer. Hij maakte toen zijn ontwerp Volapük wereldkundig. Er waren in het begin veel mensen die interesse toonden voor deze taal. Maar al spoedig bleek dat het heel moeilijk was het Volapük te spreken en daardoor verdween de aanhang snel. Daarbij kwam nog dat Schleyer zeer autoritair was en geen enkele inspraak duldde.

Het eerste tijdschrift

Een groep Volapükers die zich in Neurenberg gevormd had ging in 1888 in z'n geheel over naar Esperanto en het was vanuit die groep, dat in 1889 het initiatief genomen werd tot de uitgave van het eerste internationale Esperanto-tijdschrift: La Esperantisto. Weer enkele jaren later (1895) moest de uitgave van het blad toch gestaakt worden, omdat het verboden werd door de Russische censuur, na publicatie van een vertaald artikel van de Russische schrijver Tolstoj. Van hem is bekend, dat hij na twee uur Esperanto bestudeerd te hebben in staat bleek een Esperanto-boek te lezen. Driekwart van de abonnees van La Esperantisto woonde indertijd in Rusland, waardoor de uitgave van het blad financieel niet langer mogelijk was.

Het blad werd opgevolgd door Lingvo Internacia. Daartoe werd in Zweden het initiatief genomen. Dit blad kwam uit tot aan het begin van de Eerste Wereldoorlog. Kort na 1900 verschenen er meer bladen onder andere: Juna Esperantisto, Espero Katolika en Esperanto. In 1912 waren het er al een twintigtal. Het literaire tijdschrift Literatura Mondo verscheen in 1922 voor het eerst.

Er vond in de eerste jaren na de publicatie van het Esperanto veel correspondentie plaats tussen esperantisten en Dr. Zamenhof en tussen esperantisten onderling. In Nederland werd het Esperanto op 1 december 1901 geïntroduceerd door Dreves Uitterdijk.

Het eerste congres

Congres in Boulogne-sur-mer, 1905

Dat het Esperanto ook voor mondeling gebruik heel geschikt was bleek duidelijk op het eerste internationale Esperanto-congres dat in 1905 gehouden werd in de Franse kustplaats Boulogne-sur-Mer. Zamenhof hield er de openingsrede. Groot was op dit congres het enthousiasme over het feit dat de taal ook mondeling uitstekend bleek te functioneren. Een rede van Zamenhof uit 1909 is op een wasrol, de voorloper van de geluidsband, vastgelegd.

Op dit eerste 'Universala Kongreso' werd het besluit genomen dat het boek Fundamento de Esperanto, in 1905 opgesteld door Zamenhof, de basis van het Esperanto zou worden. Niemand zou aan deze basis in de toekomst iets mogen veranderen. Zamenhof vond dit besluit heel belangrijk en heeft zich ook zelf aan deze afspraak gehouden. Fundamento de Esperanto vormt dus de basis van de taal. Het boekje bevat een voorwoord, de 16 regels van de Esperanto-grammatica, een verzameling oefeningen en een basis-woordenlijst met 2635 woorden.

Een ander belangrijk werk, in 1903 door Zamenhof samengesteld, is Fundamenta Krestomatio. Het diende als stijlmodel en moest voorkomen dat het Esperanto uiteen zou vallen in verschillende dialecten. Het boek bevat verhalen, essays en gedichten, door Zamenhof zelf en door andere auteurs geschreven of vertaald.

Aan het niet uiteenvallen van het Esperanto heeft verder bijgedragen het feit dat Esperanto vaak schriftelijk wordt gebruikt (boeken, tijdschriften, correspondentie) en er vanuit veel verschillende landen deelnemers komen naar de jaarlijkse congressen en andere bijeenkomsten. Gevolg van dat laatste is tevens dat het Esperanto wereldwijd vrijwel gelijk wordt uitgesproken.

Er werd op het eerste congres ook besloten een 'Lingva Komitato' op te richten. De leden hiervan kregen als taak de ontwikkeling van het Esperanto te begeleiden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kon dit comité tijdelijk niet functioneren. Maar in 1949 werden de werkzaamheden weer opgevat. De naam werd veranderd in 'Akademio de Esperanto'. Leden van de Akademio houden zich onder andere bezig met vragen op grammaticaal gebied. Het vormen van nieuwe woorden voor nieuw ontstane begrippen behoort niet tot hun taak. Indien nodig kan hen wel gevraagd worden een oordeel te geven over spontaan ontstane nieuwe Esperanto-woorden, met name of deze woorden overeenstemmen met de basisprincipes van het Esperanto.

Tijdslijn van het Esperanto

  • 1874 Als 14-jarige jongen verhuist hij met zijn ouders naar Warschau waar hij het gymnasium bezoekt. In die periode heeft hij een eerste versie van een internationale taal ontworpen.
  • 1878 Het ontwerp van die eerste versie, Lingwe Uniwersala, is voltooid. Feestje om dit te vieren met klasgenoten die de taal hadden geleerd. Naar Moskou voor een studie medicijnen.
  • 1887 Zamenhof heeft zijn eerste ontwerp grondig herzien en verbeterd en publiceert het resultaat in zijn brochure Internacia Lingvo ("Een Internationale Taal") onder het pseudoniem Doktoro Esperanto.
  • 1905 Eerste Esperantocongres in Boulogne-sur-Mer.
  • 1908 Oprichting van de UEA - Universala Esperanto-Asocio. Voorbereidende bijeenkomst voor de oprichting van de Esperantostaat "Amikejo" in Neutraal Moresnet.
  • 1912 In dit jaar predikte de geestelijk leider Abdu'l-Bahá zijn Aziatische volgelingen om Esperanto te gebruiken.
  • 1917 Zamenhof overlijdt op 14 april 1917 in Warschau.
  • 1921 De Sennacieca Asocio Tutmonda wordt opgericht.
  • 1922 Door het secretariaat van de Volkenbond is een rapport opgesteld, waarin werd voorgesteld om op termijn het Esperanto in te voeren als voornaamste werktaal. Dit rapport werd in de prullenmand gegooid op aandrang van de Fransen, die toen nog de illusie hadden dat hun taal voor alle tijden de belangrijkste internationale communicatietaal zou blijven.
  • 1925 Esperanto wordt toegelaten als taal in het telegraafverkeer.
  • 1928 Opening van het Internacia Esperanto-Muzeo (Internationaal Esperanto-Museum) in Wenen.
  • 1930 Het eerste volledige, geïllustreerde Esperantowoordenboek Plena Vortaro wordt door de SAT uitgebracht.
  • 1934 De eerste Esperanto Encyclopedie wordt in Boedapest gepubliceerd.
  • 1936 Heinrich Himmler verbiedt het Esperanto in het gehele Duitse Rijk.
  • 1937 Stalin verbiedt het Esperanto in de Sovjet-Unie.
  • 1938 Oprichting van de Tutmonda Junular-Organizo ("Wereld-Jongeren-Organisatie"), later hernoemd tot Tutmonda Esperantista Junulara Organizo (TEJO).
  • 1948 Oprichting van de Akademio de Esperanto.
  • 1950 J. Ph. Punt begint de serie uitzendingen Socialistisch Nieuws in Esperanto.
  • 1954 UNESCO spreekt zich in een resolutie uit ten gunste van Esperanto.
  • 1955 Het Centraal Kantoor van UEA verhuist vanuit Engeland naar Rotterdam.
  • 1959 UNESCO eert Zamenhof als een grote persoonlijkheid op het terrein van opvoeding, wetenschap en cultuur.
  • 1966 Het eerste idee van het zogenaamde "Programo Pasporto" ontstond in 1966 en was een voorstel van Ruben Feldman-Gonzalez uit Argentinië.
  • 1979 UEA opent een kantoor in New York.
  • 1985 UNESCO doet een aanbeveling aan zijn lidstaten de studie over het talenprobleem en over Esperanto aan te vatten.
  • 1987 Viering van het 100-jarig jubileum van het Esperanto. Iets minder dan 6000 mensen bezoeken het UK in Warschau.
  • 1993 Het internationale Pen-congres erkent het Esperanto als literaire taal.
  • 1999 De Esperantodichter William Auld is genomineerd voor de Nobelprijs voor de Literatuur.
  • 2001 UEA opent een kantoor in Lomé, Togo.
    • (De Amerikaan Chuck Smith start op 6 november 2001 de Esperanto-versie Vikipedio op).
  • 2003 Het eerste televisiekanaal van het Esperanto, Internacia Televido wordt opgericht. Het kanaal zond uit via het internet, maar is ondertussen gesloten.
  • 2004 De partij Europa - Democratie - Esperanto doet mee aan de Europese verkiezingen in Frankrijk en streeft het Esperanto na als tweede taal voor Europa en haalt 0.15% van de stemmen.
  • 2005 Viering van 100 jaar Esperanto-bijeenkomsten in Boulogne-sur-Mer
  • 2006 De Duitse stad Herzberg aan den Harz krijgt de officiële titel "Herzberg am Harz - die Esperanto-stadt" (de Esperantostad), wat o.a op het officiële briefpapier wordt vermeld. Esperanto wordt gebruikt in de contacten tussen Herzberg en het Poolse Góra en tevens zal in het kader van deze uitwisseling Esperanto officieel ondersteund worden.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.