sterven

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sterven    (hulp, bestand)
  • IPA: /stɛrvə(n)/
Woordafbreking
  • ster·ven
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘doodgaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1100 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
sterven
stierf
gestorven
klasse 3 volledig

Werkwoord

sterven

  1. ergatief overgaan van levende toestand naar dode toestand
Synoniemen
  • overlijden, doodgaan, omkomen, sneven, expireren
  • aan zijn einde komen
  • de laatste adem uitblazen
  • de laatste snik geven
  • zijn einde vinden
  • heengaan
  • verscheiden
  • ad patres gaan
  • de doodsnik geven
  • de eeuwigheid ingaan
  • de geest geven
  • de ogen sluiten
  • de weg van alle vlees gaan
  • het leven laten
  • het tijdelijke met het eeuwige verwisselen
  • de pijp aan Maarten geven
  • de pijp uitgaan
  • er geweest zijn
  • het hoekje omgaan
  • het loodje leggen
  • naar de andere wereld gaan
  • zijn hachje erbij inschieten
  • kapot gaan
  • ten grave dalen
  • tot de vaderen gaan
  • inslapen
  • insluimeren
  • ontslapen
  • de grote reis aanvaarden
  • de wereld verlaten
  • het moede hoofd neerleggen
  • naar de eeuwige jachtvelden verhuizen
  • weggenomen worden
  • voor Gods rechterstoel verschijnen
  • zijn vonnis is getekend
  • hij is ons ontvallen
  • hij werd uit ons midden weggerukt / genomen
  • zijn tijd is gekomen
  • zijn uur is gekomen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sterven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.