staatsgreep
Nederlands
Woordafbreking
- staats·greep
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van staat en greep met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | staatsgreep | staatsgrepen |
verkleinwoord | staatsgreepje | staatsgreepjes |
Zelfstandig naamwoord
staatsgreep m
- (politiek) een illegale (poging tot) afzetting van een regering en de vervanging ervan door een nieuw bewind
- Napoleon Bonaparte pleegde op 18 Brumaire (9 november 1799) een staatsgreep.
Synoniemen
- coup
- coup d'état
- couppoging
- putsch
Vertalingen
1. illegale afzetting van een regering
Gangbaarheid
- Het woord staatsgreep staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'staatsgreep' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.