scheuren
Nederlands
Woordafbreking
- scheu·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
scheuren |
scheurde |
gescheurd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
scheuren
- overgankelijk in twee of meer delen trekken
- De aardschok scheurde het huis in tweeën.
- Het huis werd door de aardschok in in tweeën gescheurd.
- ergatief langs een inkeping in twee of meer delen uiteenvallen
- De muur scheurde van boven naar beneden.
- Die muur is lelijk gescheurd.
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord scheuren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'scheuren' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.