raadsel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • raad·sel
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘puzzel’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
  • Naamwoord van handeling van raden met het achtervoegsel -sel.
enkelvoud meervoud
naamwoord raadsel raadselen
raadsels
verkleinwoord raadseltje raadseltjes

Zelfstandig naamwoord

raadsel o

  1. iets waarnaar men moet raden
    • Wat er precies gebeurd is, blijft een raadsel. 
Hyponiemen

beeldraadsel, figuurraadsel, kruiswoordraadsel, lettergreepraadsel, ontraadselen, wereldraadsel, woordraadsel

Afgeleide begrippen

ontraadselen raadselachtig, raadselachtigheid, raadselrijm, raadselspel,

Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord raadsel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.