pestvogel
Nederlands
Woordafbreking
- pest·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pest en vogel [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pestvogel | pestvogels |
verkleinwoord | pestvogeltje | pestvogeltjes |
Zelfstandig naamwoord
pestvogel m
- (vogels) Bombycilla garrulus; zangvogel met lange kuif en opvallende kleuren
Vertalingen
1. zangvogel met lange kuif en opvallende kleuren
Gangbaarheid
- Het woord pestvogel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pestvogel' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.