pestbui
Nederlands
Woordafbreking
- pest·bui
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pest ww en bui
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pestbui | pestbuien |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
pestbui v/m
- slecht humeur waar zowel degene die dit humeur heeft als de omgeving last van heeft
- Soms heb ik een pestbui, dan maak ik sombere schilderijen in donkere kleuren. Als ik vrolijk ben, kijk ik weer anders naar de wereld, en dat zie je ook aan mijn schilderijen.” [1]
Gangbaarheid
- Het woord pestbui staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pestbui' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- NRC Ilse van der Velden 2 mei 1997
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.