opnemen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·ne·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
opnemen
nam op
opgenomen
klasse 4 volledig

Werkwoord

opnemen

  1. overgankelijk in handen nemen
    • Hij moest eerst de telefoon opnemen. 
  1. overgankelijk het resultaat vaststellen
    • De verpleegster kwam de temperatuur opnemen. 
  1. overgankelijk een plaats geven
    • Piet was in een tehuis opgenomen. 
  1. overgankelijk van de rekening afhalen en omzetten in contact geld
    • Hij wilde het geld opnemen via de pinautomaat. 
  1. overgankelijk beginnen.
    • Contact met iemand opnemen. 
  1. overgankelijk bekijken.
    • Hij nam de tekst goed in hem op. 
  1. overgankelijk (beeld, geluid) registreren, vastleggen
    • Hij wilde het liedje opnemen. 
  1. overgankelijk opvatten.
    • Gelukkig nam hij die rotopmerking goed op. 
  1. absoluut het ~ opkomen.
    • Piet nam het voor zijn zusje op toen zij gepest werd. 
Hyponiemen
  • heropnemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden

Het voor iemand opnemen.

  • Voor iemand opkomen.
Vertalingen
Onderstaande vertalingen dienen nagekeken te worden en omgezet in de bovenstaande tabellen. Nummers na de vertalingen komen niet noodzakelijk overeen met de opgegeven definities. Voor meer uitleg zie WikiWoordenboek:Hoe vertalingen nakijken.

Gangbaarheid

  • Het woord opnemen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.