hoppe

Deens

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈhʌbə/
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hoppe
hopper
hoppede
hoppet
volledig

Werkwoord

hoppe

  1. springen
  2. opspringen, huppelen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1]: afhopning
  • [1]: afhopper
  • [1]: hoppe af
  • [1]: hoppe fra
  • [1]: hoppe i
  • [1]: hoppe ind
  • [1]: hoppe ned
  • [1]: hoppe op
  • [1]: hoppe over
  • [1]: hoppe på
  • [1]: hoppe ud
Typische woordcombinaties
  • [1]: hoppe af bussen
uit de bus springen
  • [1]: hoppe op og ned
op en neer springen
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     hoppen     hopper     hopperne  
genitief   hoppes     hoppens     hoppers     hoppernes  

Zelfstandig naamwoord

hoppe, g

  1. (dierkunde), (zoogdieren) merrie
Antoniemen
  • hingst
Hyperoniemen


Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈhɔpə/
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
Naar frequentie 1548
vervoeging
onbepaalde wijs hoppe
tegenwoordige tijd hopper
verleden tijd hoppet
hoppa
voltooid
deelwoord
hoppet
hoppa
onvoltooid
deelwoord
hoppende
lijdende vorm hoppes
gebiedende wijs hopp
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

hoppe

  1. onovergankelijk springen
  2. overgankelijk hippen, huppelen
Synoniemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1]: hoppe av
  • [1]: hoppe opp
  • [1]: hoppe seg opp
  • [1]: hoppe ut

Werkwoord

hoppe av

  1. overgankelijk afspringen, de hielen lichten

Werkwoord

hoppe opp

  1. overgankelijk opeenhopen, opstapelen

Werkwoord

hoppe seg opp

  1. wederkerend accumuleren

Werkwoord

hoppe ut

  1. overgankelijk afspringen (met parachute)
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     m: hoppen
v: hoppa  
  hopper     hoppene  
genitief   hoppes     m: hoppens
v: hoppas  
  hoppers     hoppenes  

Zelfstandig naamwoord

hoppe m / v

  1. (dierkunde), (zoogdieren) merrie
Synoniemen
  • merr
Antoniemen
  • hingst
Hyperoniemen
  • hunndyr
Typische woordcombinaties
  • hingster og hopper
hengsten en merries


Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /ˈhɔpə/
Woordafbreking
  • hop·pe
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse werkwoord hoppa
vervoeging
onbepaalde wijs hoppe
hoppa
tegenwoordige tijd hoppar
verleden tijd hoppa
voltooid
deelwoord
hoppa
onvoltooid
deelwoord
hoppande
lijdende vorm hoppast
gebiedende wijs hopp
hoppe
hoppa
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

Werkwoord

hoppe

  1. onovergankelijk springen
  2. overgankelijk hippen, huppelen
Schrijfwijzen
Synoniemen
  • [2]: hinka
  • [2]: hinke
  • [2]: spretta
  • [2]: sprette
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
  • [1]: hoppe av
  • [1]: hoppe opp
  • [1]: hoppe seg opp
  • [1]: hoppe ut

Werkwoord

hoppe

  1. gebiedende wijs van hoppa
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe

  1. gebiedende wijs van hoppe
Schrijfwijzen

Werkwoord

hoppe av

  1. overgankelijk afspringen, de hielen lichten
Schrijfwijzen
  • hoppa av

Werkwoord

hoppe opp

  1. overgankelijk opeenhopen, opstapelen
Schrijfwijzen
  • hoppa opp

Werkwoord

hoppe seg opp

  1. wederkerend accumuleren
Schrijfwijzen
  • hoppa seg opp

Werkwoord

hoppe ut

  1. overgankelijk afspringen (met parachute)
Schrijfwijzen
  • hoppa ut
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hoppe     hoppa     hopper     hoppene  

Zelfstandig naamwoord

hoppe v

  1. (dierkunde), (zoogdieren) merrie
Synoniemen
  • hohest
  • merr
Antoniemen
  • hingst
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.