hippen
Nederlands
Woordafbreking
- hip·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
hippen |
hipte |
gehipt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
hippen
- ergatief zich met kleine sprongetjes voortbewegen
- De huismus hipte richting de broodkruimels.
Gangbaarheid
- Het woord hippen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'hippen' herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
49 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.