honderdeen
Nederlands
![]() | ![]() | ![]() | ![]() |
0 | 1 | 0 | 1 |
honderdeen,
op een abacus
op een abacus
Woordafbreking
- hon·derd·een
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van honderd ht en een ht
Hoofdtelwoord
honderdeen
- "101", het getal tussen honderd en honderdtwee, honderd plus een
- om een hoeveelheid aan te geven
- De totale kosten bedragen honderdeen euro en zevendertig cent.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- We logeerden vlakbij het strand in kamer honderdeen van het grootste hotel.
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
- honderdeerste
hooftelwoorden samengesteld met "honderdeen" ht als linkerdeel
- honderdeenduizend
Vertalingen
1. het getal 101
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | honderdeen | honderdeens |
verkleinwoord | honderdeentje | honderdeentjes |
Zelfstandig naamwoord
honderdeen v / m
- dat wat in een (rang)ordening met 101 is aangeduid
- Als jij honderdeen opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner.
honderdeen mv
- groep van 101 eenheden
- Die honderdeen kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden.
Gangbaarheid
- Het woord honderdeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.