hakken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hakken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɦɑkə(n)/
Woordafbreking
  • hak·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘houwen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1350 [1]

Zelfstandig naamwoord

hakken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hak
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hakken
hakte
gehakt
zwak -t volledig

Werkwoord

hakken

  1. houwen, slaan met een scherp voorwerp om iets in stukken te verdelen
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.