picar

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • pi·car
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
picar
picaba
picado
volledig

Werkwoord

picar

  1. onovergankelijk steken (van insect), (van de zon)
  2. bijten (van vis)
  3. prikken, jeuken
  4. pikken, branden (van picant eten)
  5. overgankelijk pikken, bijten, steken
  6. knabbelen, snoepen
  7. aansporen, de sporen geven

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.